o -5 2
1 7 JUNI 1925
waarden binnen zeer korten tijd te willen
nakomen.
Bij schrijven dd. 8 Juni 1925, van Burge
meester en Wethouders is de heer J. C. Baze
lier nogmaals aangeschreven zorg te dragen
dat de grond binnen acht dagen geheel ont
ruimd zal zijn opgeleverd.
Bij schrijven dd. 17 Juni 1925 evenwel,
deelt de wed. A. van Lierop mede dat het
resultaat der door haar met den heer Bazelier
gevoerde besprekingen is, dat
1. dat de heer Bazelier dien regenbak zal
afbreken voor zoover die op grond van de
wed. van Lierop ligt tot 50 cM. onder den
grond; dit gedeelte regenbak zal hij volstorten.
Dit zal echter den volgenden winter gebeuren.
2. hij de wed. van Lierop een breedte van
10 cM. grond zal geven, te beginnen aan de
schutting van den heer van Dongen tot op de
helft der diepte van het terrein.
3. hij de helft zal betalen van de te plaatsen
houten schutting hoog 1.80 M.
VOORZ. Zooals u ziet is de wed. van Lierop
thans met den heer Bazelier in onderhandeling
zoodat de Gemeenteraad er zich buiten kan
houden.
dhr. BAZELIER vraagt hoe of het staat
met de reparatie van den weg over den
Welberg.
dhr. HERBERS. Ik vind dat er wel een
beetje vlug met de brieven van mej, v. Lierop
wordt omgesprongen. De gebouwen en terrei
nen zijn ruim 2'/i maand door den heer Baze
lier te lang in gebruik gehouden. Voor 1 April
geeft Bazelier reeds kennis, en zegt//Ik ga
van dezen kant beginnen." Nu heeft hij de
zaak reeds 2'/i maand te laat opgeleverd.
Bazelier weet als raadslid toch zeer goed dat
hij zoo maar niet kan doen wat hij wil. We
kunnen het gewoonweg geen naam geven hoe
een mensch zoo kan bestaan, Dergelijke
handelingen moet ik als zeer dun qualificeeren.
Zoo hebben we het met die hokken ook gehad.
Wettelijk kon Bazelier toen misschien gelijk
hebben, maar moreel is zijn handelwijze toch
ten zeerste af te keuren.
dhr. v. BERGEN. Wat we allemaal met
Bazelier te stelle» hebben gehad is U, M. de
Voorz., en den Raad voldoende bekend.
Eerst kwam het verzoek van de weduwe
van Lierop. In de vergadering van 11 Februari
1924 is besloten de financieele Commissie op
te dragen persoonlijk zich met de aanvragers
in verbinding te stellen.
In de vergadering van 12 Maart 1924 is
13