2 a APR. 1925, 0 9 5
derhbudskosten waarvoor zij' door het ge
meentebestuur zal worden aangesproken,
en 'mtet het verzoek om het bestuit tot
onteigening in te trekken.
Waar dus nu blijkbaar de Wed. iS.
Broos v&n inzicht is veranderd en zich
bereid verklaard om langs den weg van
minnelijke schikking tot het beoogde doel
te kotmfen, adviseeren wij' voorloopig ,geea
uiivöering aan het besluit tot onteigening
te geven, en aan Burgemeester en Wet
houders op te dragen met een duidelijk
oinschreven plan te komen, aan de .'uit
voering waarvan de Wed. S. Broos hare
medewerking zal verleenen.
Namens de Commissie voor Wegen
en Wiaterieidingen.
M. VAN HEREL
Secretaris.
dhr. 8WAGEMAKERS. Ik heb gemeend
niet te mogen nalaten, naar aanleiding van
het schrijven van de Wed. Broos u op de
hoogte te stellen van de verkelijke toestand.
Dit schrijven is niet te beschouwen als een
verdediging want dat zou onverstandig zijn.
Als ik mij moest gaan verdedigen zou dat zeer
onverstandig zijn, want als ik a zeg, zon de
Wed. Broos b zeggen, en komen we geen stak
verder. Dit is slechts tijd verknoeien en daar
voor is de tijd te kostbaar.
Verschillende keeren zijn er onderhande
lingen gevoerd, en er was geen kwestie van
met de Wed. Broos een overeenkomst te ver
krijgen. Als n de toelichting ziet dan brengt
deze niets dan beleedigingen en insinuaties aan
het adres van B. en W. Dit is nu voor hen
niet zoo erg want zij hebben toch niets meer
te verliezen, en daarom hebben zij waarschijn
lijk gedacht we zullen maar een beleedigend
adres aan den Baad zenden", dat geeft toch
altijd een zekere voldoening, want ook voor
hen is wraak zoet.
Wat betreft die vergissing: de wed. Broos
is na genomen raadsbesluit bij B. en W. ge
komen en heeft daar de verklaring afgelegd
dat wethouder Swagemakers zich heeft vergist,
maar wanneer B. en W. de zaak nogmaals
heropenen mag men gerust de geheele vergis
sing op ons schuiven, doet men dat niet, dan
heeft wethouder Swagemakers zich vergist en
zullen wij een verzoekschrift richten naar den
Baad.
Gaat na eens na de mentaliteit van die
menschen. Ons rechtvaardigheidsgevoel eischt
dat we geen woord terug nemen.
Tot mijn leedwezen heb ik gezien dat die
9