JFC 'Sv 'L
prinoipelooze .kerel, je weef ^niet of je visch
of vleesch aan hem hebt.
VOORZ. Ik verzoek u beleefd het woord
principeloos niet tegenover een collega te
gebruiken. Men moet elkanders richting steeds
zooveel mogelijk eerbiedigen.
dhr HERBERS. Als Bazelier een onder
linge bespreking als ruggespraak beschouwt,
komt dat, doordat hij de wet niet begrijpt.
Op de verdere insinuaties zal ik niet ingaan.
Het beroep van den heer Bazelier op den
ouden Raad, daar walg ik van. Denk dan
maar eens aan de verkiezing van de wethouders
dhr BAZELIER. Ik zal er maar niet veel
op antwoorden, 't Is zoo maar wat oude
vrouwenpraat, kletspraat. We moeten geen
raadsleden, die altijd hun uiterste best gedaan
hebben, gaan verbannen.
dhr HERBERS (interrumpeert). Zeker om
dat u mijnheer Bogers weggewerkt hebt.
dhr BAZELIER. Je moet je mond maar
houden, je bent geen voorzitterJij hebt het
met iedereen aan den stok, ik heb nóóit met
iemand ruzie Jij zit altijd in troebel water
te visschenJe bent nooit geen zuivere
ageerder geweest, je gebruikt altijd vuile
politiek! Maar 't moetin 1925 uit zijn met
die vuile dingetjes
dhr HERBERS. Mijnheer de voorzitter,
wil u mijnheer Bazelier nu eens zeggen, of ik
al of niet gezondigd heb tegen art. 45 der
Gemeentewet, of het Reglement van orde?
VOORZ. Laat mijnheer Bazelier nu maar
uitspreken, dan kunnen we dadelijk aan de
begrooting beginnen.
dhr BAZELIER. 't Ging me door m'n
hart heen, toen ik het hoorde dat die oude heer
Matthijssen verbannen was. Wanneer we
goede krachten hebben, moet je die niet om
persoonlijke dingen van de plank werken.
Ik ben van jóuw boemanspolitiek niet(bang,
hoor
dhr MOORS. Waar de heer Herbers in
zijn algemeene beschouwingen gemeend heeft,
kritiek te moeten uitoefenen op het beleid van
den burgemeester of wie z'n plaats vervangt,
wil ik, waar 't hoofdzakelijk mij betreft, dit
zeggen aan het adres van mijnheer Herbers
Dat ik bij dergelijke gelegenheden heb gehan
deld, zooals ik meen dat mijn plicht was, en
dat ik, hoezeer ik de onderlinge samenwerking
op prijs stel, mij niet van mijn plicht laat
weerhouden, ook niet desnoods ten koste van
de saamhoorigheid. Ook voor de toekomst
9