15. JAN. 19-4 10
om beschikbaarstelling vail een gebouw ter ver
pleging van lijders aan besmettelijke ziekten
b het schrijven van de salariscommissie
betreffende de loonen van 't gemeentepersoneel.
Het rapport van de financieele Commissie die
de begrooting heeft onderzocht, luidt als volgt
Aan den Raad der gemeente Steenbetgen.
Omtrent de in haar handen gestelde begroo
ting 1924 heeft de commissie de eer het vol
gende te rapporteeren. Dat het de commissie
voorkomt, dat de begrooting duidelijk en met
zorg is samengesteld. Dat da memorie van de
verschillende posten voldoende verklaart uitge
zonderd een paar kleine bedragen, welke door
den heer Verpaalen voldoende zijn toegelicht.
Ze adviseert als volgt
1. Het abonnement op de Staatscourant
geheel van de begrooting te schrappen.
2. Dat de post no. 72, Burgerwacht groot
f 500 en wellicht ook post no. 234 (controle
belasting) geheel of gedeeltelijk van de begroo
ting te sohrappen. 3. Verder heeft de oom
missie gezien dat het de gemeente gelukt is de
laatste leening te verkrijgen tegen een rente
van 5,5 pot., wij allen zijn overtuigd dat de
laatste tijd het geld goedkooper is geworden,
daarom oordeelt de commissie het gewensoht,
de leeningen van 6 pet. en vooral de leening
groot f 18000 a 6,5 pet. zoo mogelijk te wisse
len tegen leeningen van lagere rente. De oom
missie J. B. van Poortvliet, voorzitter N. van
Bergen, secretaris, J M. Brooymans.
dhr BAZELIER, Evenals de vorige vergade
ring breng ik ook thans een woord van dank
aan de financieele commissie voor de wijze
waarop ze zich van haar taak heeft gekweten.
Nu gaan we de begrooting behandelen, dit doen
we toch punt voor punt, hé
VOORZ. Zeker, mhr. Bazelier, het is de
gewoonte dat, indien de leden het wenschen
eerst algemeene beschouwingen worden gehou
den, waarna tot artikelsgewijze behandeling der
begrooting zal worden overgegaan.
dhr BAZELIER. Ik wonsch dan de volgende
algemeene beschouwingen te houdenAls ik
vraag, wie heeft het geld kapot geslagen, dan
zet ik achter deze vraag een groot vraagteeken
en laat ze onbeantwoord. Als ik dan vraag
moet het geld nog verder worden kapot gesla
gen P dan zeg ik neen.
Als mjjnheer Duijs, wethouder van Zaandam,
candidaat-notaris en lid van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal, naast mij zat, zou ik
mijnheer Duijs vragen: zijt gjj heengegaan als
wethouder van Zaandam, omdat Zaandam op
een te hoogen voet had geleefd
De groote mjjnheer Wibout wethouder van
Amsterdam, heeft de 48 urige werkweek inge
voerd, een teeken dat S. D. A. P. evenals de
R.K. fractie ook de financieele toestanden min
der gunstig inzien.
10