- 4.SER »81J
O 7
Den heer Bogers dank ik voor hetgeen
hij gedurende zijn wethoudersloopbaan in
het belang der gemeente heeft verricht.
Ik geef U de verzekering mijnheer Bo
gers. dat ik steeds gaarne zal terugden
ken aan dein tijd, dat ik met U in het
College van B. en W. mocht samen
werken.
dhr. BOGERS. Ik dank U zeer voor
Uwe waardeerende woorden. Ik ben er
van overtuigd dat ik als wethouder steeds
mijn plicht heb gedaan, en zal dit als
raadslid ook in de toekomst blijven doen.
Ik hoop dat mijn opvolger' het Gemeente
belang op dezelfde wijze zal behartigen
als ik dat steeds gedaan heb.
dhr. MOORS. Ik acht me gedwongen,
mijnheer de Voorzitter hartelijk te dan
ken voor de sympathieke woorden tot
ons gericht. Ik hoop met den heer Swa-
gemakers in de beste verstandhouding in
het belang der gemeente te kunnen ar
beiden. Ik kan niet nalaten een kort
afscheidswoord te richten tot den heer
Bogers. Op de aangenaamste wijze heb
ik steeds met hem samengewerkt, en net
spijt mij dat de heer Bogers op eraf
dergelijke wijze uit het College van B.
en "W. moet verdwijnen, doch bij dp
politiek treden ook meermalen prinoi-
pieele kwesties op den voorgrond.
dhr. BOGERS dankt den heer Moors.
Ingekomen stukken.
Schrijven van Gedeputeerde Staten van
Noord-Brabant, inzake toepassing van art.
33 der Gemeentewet, ten aanzien van P.
Roz endaal.
De VOORZ. doet voorlezing van dit
schrijven luidende:
De Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant;
Voorgenomen het adres van P. Rozen-
daal te Heen, gemeente Steenbergen, ge-
dagteekend, 5 Augustus 1923, en ter pro
vinciale griffie ingekomen den 8en Aug.
1923, houdende bezwaar tegen de beslis
sing van den Raad der gemeente Steen
bergen, d.d. 3 Augustus 1923, waarbij be
sloten werd adressant niet toe te laten
als lid van dien Raad, overwegende dat
adressant zijne bezwaren lijdig heeft in
gediend, en dat hij daartoe bevoegd was
krachtens art. 33 der Gemeentewet;
Overwegende ten aanzien der feiten
dal adressant op 24 Mei 1923, benoemd
verklaard tot lid van den Raad der ge
meente Steenbergen, op 25 Mei <1. a. v.
heeft ontvangen de kennisgeving als be
doeld .bij art. 12 der Gemeentewet;
dat de Gemeenteraad van Steenbergen
3
