F-
I.
p 1 p
0
jaist daarmee voor den dag te komen, nude
raad aan"t afsterven is en nog slechts een drie
tal vergaderingen zullen worden gehoudeo, ben
ik er niet voor, wel als er een nieuwe Raad zal
zijn.
37
dhr. HERBFRS trekt zijn voorstel in.
Vraag 4. Is den Burgemeester als hoofd der
Politie bereid den Raad in te lichten, of het
waarheid bevat wat in de plaatseljjke pers is
vermeld over de verhooging der Politie-agenten,
en welke redenen er bestaan dat van de veror
dening, vastgesteld in de Raadsvergadering van
Februari 1921, is afgeweken Zie art. 3 der
verordening.
VOORZ. kan mededeelen, dat wat daarom
trent in de plaatselijke bladen heeft gestaan,
juist is. Hij is zich echter niet bewust en kan in
de verordening geen artikel vinden dat hem
beschuldigt daarvan te zijn afgeweken. (De
Voorz. leeBt de desbetreffende artikels voor,
waarbij ook art. 17 dat den Burgemeester het
recht toekent de veldwachters eventueel te
bevorderen)
dhr. HERBERS leest het artikel voor, waarin
staat dat een veldwachter 2e klas, die zich in
zijne functie heeft onderscheiden, na minstens
2 jaa*, kan bevorderd worden tot veldwachter
le klasse
Nu meen ik, aldus de heer Herbers, dat
veldwachter Slokkers vorig jaar tot 2e klas werd
bevorderd en nu na een jaar is bevorderd tot
le klasse. Slokkers is dus tot de eerste klasse
bevorderd, buiten de regeling om, dat is niet in
't algemeen belang. Toen de salaris commissie
de tractementen der veldwachters heeft vastge
steld, werd er gezegd, dat er zoo bescheiden
mogeljjk met Je verhooging moest gewerkt
worden,
En als men nu het salaris van Slokkers
nagaat, met eventueele bijkomende toeslagen,
komt men aan een tractement van f 3000,—
Straks waren we aan den gang over de keur
meesters en werden alle bezuinigingen voorge
steld, waar blijven we nu met de veldwachters
En nu heeft de Burgemeester de tractementen
der veldwachters verhoogd samen met f 1200-
Daar moet ik tegen protesteeren en hoop ik dat
de Raad het in dezen met mij eens zal zijn.
VOORZ. Ik zal onderzoeken of Slokkers
1 ot 2 jaar tweede klasse is geweest. Als ik me
vergis wordt de bevordering nog ingetrokken.
De heer Herbers mag echter mij er geen verwijt
van maken dat de salarissen der veldwachters
zoo opgedreven zijn, dat heeft de Raad zelf
gedaan, en daar hoeft hij zelf aan meegewerkt.
Volgens de door mij voorgestelde regeling
waren de salarissen niet zoo hoog.
dhr. HERBERS. De Voorz. moet die vorhoo-
gingen bescheiden doen.