M. wm?2
5 5.
telkens buiten de orde, daar moet paal en perk
aan gesteld worden. Verder zijn we allen ver
plicht terugwerkende kracht aan het voorstel
te geven. Die inan heeft op verhooging
moeten wachten doordat die verordeningen
uitbleven. Wat nu de heer Bogers bedoelt oin
de verhoogiug over 1921 te geven als er geld
is. moet ik dit zeggen Geld is er nooit, maar
als het er op aan komt is het er wel. Want
voor die verbouwing der school wordt nu ook
weer een geldleening aangevraagd. Het is een
schuld die we moeten voldoen. .Niettegen
staande wil ik het voorstel van den heer
Bogers steunen als we bij het onderzoek
medezeggingschap hebben.
VOORZ, Als blijkt dat op de rekening
1921 nog een overschot is, zullen we de ver
hooging doen ingaan op 1 Januari 1921
dhr. MOORS. Er is wel iels tegen te zeg
gen. Als er overschot is, is geen goed motief
voor hooger of lager salaris. Ik beu voor ver
hoogiug en ook voor terugwerkende kracht,
doch ik vind de verhoogiug te hoog en in die
mate ben ik er tegen.
VOORZ. Ik zal het voorstel der salaris-
commissie in stemming brengen.
dhr. O VER DUIN. Brengt u het voorstel
in omvraag zooals de salaris-commissie voor
stelt of gewijzigd zooais de heer Bogers voorstelt
dhr. Baselier wil nog even het woord doch
de voorzitter zegt, ais u er iets tegen hebt,
kunt u tegenstemmen.
dhr. BOGERS legt zijn voorstel nog eens
uit en dit is als volgt't verhoogde salaris gaat
in 1 Januari 1922, doch mochten de mid
delen het toelaten, dan gaat het in vanaf
1 Januari 1921.
VOORZ. We zullen tweemaal stemmen,
de eerste keer om de verhoogiug te doen in
gaan en het salaris op f 1500.— vast te
stellen vanaf 1 Januari 1922.
Vóór stemden de heeren Verbeek, Matthijs-
sen, van Bergen, Herbers, Baselier, v. Poort
vliet, Peetere, de Wit, Theuuisse, Overduiu
en Bogers. dhr. Moors stemde blanco.
De tweede stemming betreft om de verhoo
ging, terugwerkende kracht te verleenen, van
af l Januari 1921, mits de middelen het toe
laten.
Voor gtemdeu de heeren Matthijssen, Van
Bergen, Van Poortvliet, Herbers, Theunisse,
Overduin en Bogers.
Tegen de heeren Baselier, de Wit en Pee
lers. Blanco de heer Verbeek en buiten stem
ming de heer Moors.
7
