14 9
SEP 1922
De VOORZ. We kunnen niet anders
dhr. OVERDUIN. haalt aan een citaat
uil de Memorie van Antwoord van den
Minister, waaruit zou blijken, dat liet wel
mogelijk is.
dhr.' VAN POORTVLIET. Als Dintc-
L ord dan elrbij wil blijven dat die gemeen
te dan ook geen aparten keurmeester aan
stelt en cïoet evenals de andere igemeéntén
De VOORZ. Ik laai 'de beslissing aan
den Raad over.
dhr. HERBERS. De vorige keer hebben
wij de verordening gewijzigd, laat ons die
zóó opzenden naar Gcd. Stalen
De VOORZ. Die moeten Van alle kringge
meenten dezelfde verordening hebben.
dhr. BASELIER. We hebben geen na
deel als Dinteloord bij ons iilijt't laange
sloten. Nu merk ik op dat Dinteloord zelf
etn keurmeester heeft, dat is eenigszins.
eer. nadeel, doch als Dinteloord daarin
zelf bijdraagt, ben ik er niet tegen; als
de zaak maar niet ten nadeele :is van
Steenbergen.
dhr. PEETERS. Ik zou definitief willen
weten of de benoeming van het hoofd
van dienst en het vaststellen van !het sa
laris geschiedt door den Raad der Cen
trale gemeente.
De VOORZ. Er moet ééne gemeente
z'jr die met de leiding belast :is, en die
gemeente kan alléén uitspraak doen in het
benoemen van het hoofd van dienst en
het ander personeel en het vaststellen
der salarissen.
dhr. THEUNISSE merkt op (lil de be
paling in artikel 4, 2e Alinea den indruk
geeft alsof wij figurant voor Dinteloord
zijn, dlat zou nve spijten; ik heb niets op
Dinteloord tegen, niets tegen de personen
noch tegen den veearts aldaar, want dien
ken ik niet eens, maar in dicin geest volgens
dal artikel, had ik er dan look •liefst niets
mede te maken.
De VOORZ. Die bepaling der 2e alinea van
art 4 is misschien eenigszins duister. De
keurmeester te Dinteloord wordt door de
Centralegemeenle benoemd, maar we moe
ien daaromtrent overleg plegen met Dintc-
lor.rd. In elk geval de Raad van Steenber
gen stelt zijn salaris vast en |als Dinteloord
meer wil .geven, moet ze dat luit eigen
portemonnaie doen.
dhr. THEUNISSE kan zich hjiermede
vcreenigen.
dhr. BASELIER kan zich thans wel ver
eenigen met het voorstel van B. en W.
In stemming zal nu gebracht worden
het voorstel van B. en W. om iaan 4e ne
me 1 de verordening betreffende de Ge
meenschappelijke Kegeling inzake den lteu-
9