96
15, JAN, 1921
heer Herbers in de vorige vergadering
hetzelfde heeft gevraagd. Toen is hem toe-
gezegd dat de stukken bij de heeren raads
leden zouden circuleeren en zulks is nadien
ook geschied.
dhr. JOPPE zegt, dat, toen de plannen,
betreffende den schoolbouw Kruisland, in
de vergadering werden gebracht, geen ge
legenheid meer was voor de leden om
hierover studie te maken. In dezen echter
treft B. en W. niet de minste schuld.
Wanneer er in dezen van schuld gesproken
kan worden, berust deze bij de Tweede
Kamer, doch niet bij het college van B.
en W. Toen kon niet langer met de plan
nen gewacht worden, wilde men de 25
pCt. rijksbijdrage in den schoolbouw niet
verliezen. Ik protesteer dan ook ten sterkste
tegen het door den heer Herbers gebruikte
woord „overrompelen". Er is geen sprake
geweest van overrompelen en dit woord
is hier absoluut niet op zijn plaats
dhr. BASELIER zegt. dat de heer Mat-
thijssen in de vorige vergadering te ken
nen gaf, dat de teekening van den heer
Bennaars zoek was geraakt. Hij vraagt of
dat werkelijk zoo was.
De VOORZ. deelt dien aangaande mede
dat de teekening toen weliswaar niet in de
raadszaal aanwezig was, doch dat die tee
kening in handen was van den heer Hage-
man, die dien dag afwezig was.
Verder deelt de VOORZ. mede, dat vóór
dat door het Kerkbestuur werd verzocht tot
overgave der school, hij een onderhoud
heeft gehad met den voorzitter van het
kerkbestuur, in het bijzijn van den heer
iMatthijssen. :wat door den heer Matthijssen
wordt erkend). Het resultaat van dit onder
houd was, dat door den voorzitter van het
kerkbestuur aan den Raad, dd. 5 Februari
1920, werd medegedeeld, dat het kerk
bestuur te Kruisland voornemens was eene
nieuwe school te bouwen, doch dat het
kerkbestuur voornoemd, niet ongenegen
was de openbare school te Kruisland over
te nemen. Van dat schrijven werd 21 Fe
bruari d.a.v. mededeeling gedaan in be
sloten raadsvergadering, in welke ver
gadering door mij, (voorzitter) namens
B. en W. de wenschelijkheid werd bepleit
de openbare school over te geven. Na
eenige besprekingen werd besloten op het
verzoek in te gaan en werden B. en W.
gemachtigd de voorbereidende maatregelen
te nemen. Door den heer Hageman waren
5