92 A 1 Besloten vergadering van den Raad der gemeente Steen= bergen, op Zaterdag 15 Ja nuari 1921. Tegenwoordig de heeren H. P. M. van Etten, burgemeester-voorzitter; W. van de Kar, A. G. Moors, wethouders; A. G. Mat- thijssen, J. Verbeek, A. Overduin, W. A. Bogers, J. Theunisse, 1. J. .Joppe, J. C. Base lier, Chr. Herbers en J. A. van Poortvliet. Afwezig Dr. J. A.van Loon en A. de Wit. Na overgegaan te zijn in geheime zitting leest de Voorzitter het door Burgemeester en Wethouders opgemaakt rapport voor, inzake de onderhandelingen, gevoerd met het R. K. Kerkbestuur te Kruisland, be treffende schoolbouw aldaar. Na afloop hiervan, vraagt de VOORZ. den leden of iemand hnnner het woord ver langt naar aanleiding van het voorgelezene. dhr. MATTHI.JSSEN ontkent als zou er vóór de besloten raadsvergadering, in welke tot verbouwing van de openbare school te Kruisland werd besloten, geen ander plan tot verbouwing van de school aanwezig zijn geweest dan dat, volgens het welk de tegen woordige school is verbouwd. De VOORZ. antwoordt den heer Mat thijssen hierop, dat hij, in dezelfde verga dering. toen de lieer Matthijssen hem hier naar vroeg, heeft medegedeeld, dat 't andere ingekomen plan wel een onderwerp van be spreking beeft uitgemaakt, doch dat dit plan onmogelijk voor uitvoering vatbaar was. dhr. MATTHIJSSEN deelt mede, dat hij zulks niet ontkent, alleen heeft hij toen Burgemeester en Wethouders verzocht zoo veel in hun vermogen was met de'toen ingezonden teekening rekening te houden. De VOORZ. antwoordt hierop, dat dit onmogelijk was in dezen met de teekening rekening te houden en dat de schoolopzie ner de verbouwing volgens deze teekening niet kon goedkeuren. dhr. MATTHIJSSEN. Ik weet wat Ver- beeten gezegd heeft. dhr. VAN DE KAR. In de vergadering, waarin besloten werd tot verbouw dei- openbare school te Kruisland, is het plan aan de heeren voorgelegd. Toen is er medegedeeld, dat het plan van dhr. Mat thijssen onuitvoerbaar was. Toen ook is het plan, volgens hetwelk de school thans is verbouwd, aan Matthijssen ter inzage ge geven, en de heer Matthijssen heeft geen op- of aanmerkingen gemaakt. c—

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1921 | | pagina 4