11 I 15. 19?1 II verbouwing moest zijn afgeloopen en dat Bur gemeester en Wethouders zouden zorg dragen dat wanneer de school werd opgeleverd, zij al het' mogelijke zouden doen om haar ten spoe digste aan voornoemd Kerkbestuur in gebruik te kunnen geven. Alvorens verder op de kwestie in te gaan, ineenen wij goed te doen de geheele zaak van voor af aan te behandelen en gij zult zien Mijne Heeren dat het ons niet moeilijk valt al het aan- gewrevene te weerleggen. Vooreerst ontkennen wij dat wij in eene im passe zijn geraakt en indien er eene impasse is ontstaan, is dit zeker niet door onze schuld, het geen uit het volgende zal blijken. Vóór dat door het Kcrbestuur werd verzocht tot overgave der school, had de Burgemeester een onderhoud met den Voorzitter van het Kerk bestuur in bijzijn van den heer Matthijssèn. Resul taat was dat door den Voorz. van het Kerkbe stuur bij schrijven van 5 Februari 1920 aan den Raad werd medegedeeld dat het Kerkbestuur te Kruisland voornemens was eene nieuwe school te bouwen doch dat zij niet ongenegen waren de openbare school te Kruisland over te nemen Kruisland 5 Februari 1920. Edelachtbare Heer. Hiermede heb ik de eer U te melden, dat wij zullen overgaan tot het bouwen eener bijzon dere school voor onze jongens. Wij zijn met ongenegen de openbare iongensschool van ons dorp van deGemeente Steenbergen tot dat doel over te nemen. Aangenaam zal het ons zijn, wannneer U den Gemeenteraad hiermede in kennis hebt gesteld, hun besluit te mogen vernemen. Bij uw bezoek aan Kruisland mag ik UwÉdelachtbare wel eens bij mij ontvangen om daarover verder te spreken, Met ware hoogachting (w.g.) H. HOPMANS, pastoor. Van dit schrijven werd den 21 Februari d.a.v. mededeeling gedaan in besloten raadsvergadering in welke vergadering door den Burgemeester namens Burgemeester en Wethouders de wen- scheüjkheid werd bepleit de openbare school over te geven. Na eenige besprekingen werd be sloten op het verzoek in te gaan en werden B. en w. gemachtigd de voorbereidende maatrege len te nemen. Door den heer Hageman waren de schoolgebouwen met tuin en onderwijzers woning geschat op f 34000. Deze beslissing was den heer Matthijssèn oe- kend doordat hij zelf in de vergadering tegen woordig was geweest terwijl de Voorzitter van het Kerkbestuur door den Burgemeester persoon lijk daarmede in kennis werd gesteld. Bij schrijven van 27 Februari 1920 deelde evengenoemde voorzitter mede, dat zijnerzijds de schoolgebouwen enz. waren getaxeerd op f 16000.—, terwijl nadien ontvangen werd een schrijven gedagteekend 3 Maart 1920 waarbij werd medegedeeld dat Zijne D. H. de Bisschop van Breda slechts kon toestaan dat de schooi door het Kerkbestuur werd overgenomen voor f 10.000.—. 2

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1921 | | pagina 24