106
15. JAN 19
tevens om met den heer Hageman te con-
fereeren, aangezien hij in dezen tegen den
heer Hageman niet wilde ageeren.
dhr. BASELIER ziet hierin een zwak punt
voor B. en W., omdat zij van al het zoo
juist gesprokene vroeger geen mededeelin-
gen aan de raadsleden hebben gedaan.
dhr. VAN DE KAR vindt het voldoende
dat thans deze mededeeling geschiedt.
dhr. IOPPE begrijpt het wel waarom
de heer Bennaars niet wenschte een ander
plan in te dienen. Hij is er van overtuigd,
dat ook dhr. Bennaars van den bouw niets
anders en niets beters kan maken dan door
den heer Hageman is geschied.
De VOORZ. zegt, dat de heer Bennaars
slechts een klein schetsje inzond. Aan dit
plan kleefden dezelfde fouten als aan het
vroeger door hem ingezonden plan, waar
door het niet voor uitvoering in aanmer
king kwam.
dhr. VAN DE KAR. Na ontvangst van
dit plan van den heer Bennaars, besloten
B. en VV. den bouw, zooals die op voor
stel van dhr. Verbeeten was uitgevoerd, te
handhaven. Van Kruisland zelf is geen
ander plan ingekomen dan 't plan-Matthijs-
sen, en dit plan kon de goedkeuring niet
wegdragen van de bevoegde autoriteiten.
Nog uitdrukkelijk wensch ik er op te wijzen,
dat in het plan-Matthijssen de privaten aan
de straatzijde waren geplaatst op dezelfde
wijze als in het plan-Hageman. Zelfs dhr.
Bennaars wist van dit plan niets terecht te
brengen. Het plan-Hageman is en blijft
het beste.
De VOORZ. Nu wij alles stuk voor stuk
hebben afgehandeld, nu alles zoo breed
voerig mogelijk is besproken, stel ik namens
het college van B. en W. voor, dat de
raadsleden over de volgende motie zullen
stemmen
„De Raad der gemeente Steenbergen,
„kennis genomen hebbende:
1 e. van de gevoerde correspondentie
„tusschen het gemeentebestuur en het
„R. K. Kerkbestuur te Kruisland
„2e. van het door Burgem. en Wet
houders schriftelijk uitgebracht rapport
„3e. van de verdere verkregen in
lichtingen,
„spreekt zijn vertrouwen uit in 't be-
„leid van Burgemeester en Wethouders
„inzake den schoolbouw te Kruisland:
„keurt de door hen gedane stappen
„goed en gaat over tot de orde van
„den dag."
91
15