101 1 5. JAN 1921 z en de gemeente van de school ook mocht gebruik maken, zonder dat verbouwing noodzakelijk was. dhr. BASELIER dringt er bij den heer Matthijssen op aan in deze zaak, waarin hij toch meer dan een der andere leden in is betrokken, met zijn gevoelen voor den dag te komen. Spreker krijgt het vermoeden, dat de heer Matthijssen onwetende was van den Open Brief in de courant en van de verdere brieven. Door den spoed zijn de leden en de ge meente er in geloopen met dezen bouw. Spreker vervolgt toch dat dhr. Matthijssen van een en ander den pastoor moet heb ben in kennis gesteld. dhr. MATTHIJSSEN vraagt den heer Baselier of hij zelf soms van de geheele zaak op de hoogte was. dhr. OVERDU1N is van meening dat in deze zaak veel schuld is gelegen in 't feit. dat alles zoo spoedig moest worden afge handeld. Deze spoedige afhandeling van de zaak was noodzakelijk wilde men geen financieele schade lijden. Het oorspronke lijke ontwerp der L. O.-wet toch, hield de bepaling in, dat door het Rijk slechts tot f Januari 1921 25 pet. zou worden bijge dragen in de kosten van den schoolbouw. Later bij de behandeling der wet is deze datum gebracht op 1 Januari 1922, doch toen was het besluit tot verbouw reeds ge nomen en bovendien zullen verschillende leden wel onwetend geweest zijn van deze wijziging in de L. O.-wet. Het spijt spr., dat B. en W. de raadsleden van deze be slissing niet vroeger hebben ingelicht en dat zij eerst heden met deze nrededeeling ter tafel komen. De VOORZ. wijst er op, dat hij de raads leden toch niet van alle wetswijzigingen mededeeling kan doen. dhr. JOPPE zegt, dat B. en W. belast zijn met de uitvoering van de besluiten van den Raad. Het is voor B. en W. onmoge lijk van alle kleine zaken aan de raadsleden mededeeling te doen. dhr. VAN DE KAR repliceert, dat van deze wijziging wel degelijk in een der vorige raadsvergaderingen aan de leden mededeeling is gedaan en wel in verband met de verbouwing van de openbare school te Heen. Toen toch is er gezegd, dat tot 1 Januari 1922 op rijkssubsidie aanspraak kon worden gemaakt en in verband met dezen aanmerkelijken langeren termijn, is toen besloten deze zaak later ter tafel te brengen.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1921 | | pagina 13