- -
16. Begroting 1983 Maatschappelijk Centrum (4e wijziging gemeentebegroting 1983).
De voorzitter zegt ter inleiding dat naar aanleiding van deze begroting een gesprek
heeft plaatsgevonden met een deputatie uit het bestuur van het Maatschappelijk Centrum.
De heer Kokke vraagt of dit gesprek, gezien het feit dat geen rekening is gehouden met
het gestelde maximum van 7.000,00 aan subsidie voor organisatiekosten, niet zo vlot
is verlopen.
De voorzitter zegt dat gevraagd is of de begroting kon worden bijgesteld. Dit. is inder
daad gebeurd doch niet voldoende.
De heer Kokke zegt dat in het voorstel wordt gesproken over "doelstelling 3". Hij vraagt
v/at dit betekent.
De voorzitter zegt. dat hiermee politieke bewustwording wordt bedoeld.
De heer van Hoof zegt van mening te zijn dat de jeugdsoos wel subsidie moet krijgen.
De voorzitter zegt dat dit bespreekbaar is in het kader van de besteding van de subsidie
voor nieuwe aktiviteiten
Ten aanzien van subsidiëring van de jeugdhobbyclub en de jeugdsoos zegt de heer Leerenc-
veld dat, als deze aktiviteiten binnen de doelstelling passen, er in principe moet
kunnen worden gesubsidieerd. Vervolgens merkt hij op dat eerder is gezegd dat er geen
specifiek beleid is ten opzichte van de subsidiëring van volwassenen terwijl in het
voorstel wordt gesproken over een doorkruising van het tot nu toe gevoerde beleid
•.a.v. subsidiëring van volwassenen.
e heer Koevoets zegt van mening te zijn dat er iets moet worden gedaan aan de herken
baarheid van het Emcee bij de bevolking.
De heer Veeke zegt tenslotte dat er naar zijn mening soms weinig animo is voor aktivi
teiten
Zonder verdere discussie of hoofdelijke stemming wordt het subsidievoorschot voor 1983
aan het Maatschappelijk Centrum conform het voorstel vastgesteld.
17. Subsidiëring van peuterspeelzalen (le wijziging Subsidieverordening plaatselijke
verenigingen en 5e wijziging gemeentebegroting 1983).
Alvorens de discussie wordt geopend geeft de voorzitter een korte toelichting op het;
voorstel
De heer Veeke zegt in een vorige vergadering reeds te hebben opgemerkt het beleid van
de peuterspeelzaal niet verantwoord te vinden. Hij zegt dat in Standdaarbuiten door de
ouders 32,50 per maand moet worden betaald indien hun kind 2 morgens per week naar
de peuterspeelzaal gaat terwijl hiervoor in Klundert 48,00 wordt gerekend. Hij zegt
voorts dat in öe begroting een bedrag is opgenomen van 600,00 voor de sinterklaas-
en kerstviering. Hij zegt dit bedrag uitzonderlijk hoog te vinden.
^^De voorzitter zegt dat de doelstelling van de peuterspeelzaal is het sociaal vormen
van de allerkleinsten. Hij zegt dat er in een peuterspeelzaal per definitie meer
huiselijkheid dient te zijn dan in een kleuterschool en in een kleuterschool weer meer
dan in een huishoudschool. In dat licht bezien acht hij de raming voor deze vieringen
aanvaardbaar
De heer Veeke merkt op dat hier werk ligt voor de anders-aktieven
De heer Koevoets omschrijft de peuterspeelzaal als een luxe. Hij zegt dat destijds
is gesteld dat het bestuur door eigen aktiviteiten zou trachten iets aan het begrotings
cijfer te doen.
De voorzitter zegt dat met de thans voorgestelde subsidiëringsconstructie het bestuur
geaktiveerd blijft om de begroting sluitend te maken.
De heer Leerentveld zegt het voorstel en de argumenten van het College volledig te
onderschrijven
De heer van Hoof stelt voor de beslissing op dit voorstel te verdagen. Hij acht het
gewenst dat eerst een onderzoek wordt ingesteld bij andere gemeenten.
De voorzitter zegt dat dit onderzoek al is geschied. Hieruit is gebleken dat Stand
daarbuiten, als dit voorstel wordt aangenomen, niet abnormaal gaat subsidiëren ten
opzichte van andere gemeenten.
De heer van Hcof stelt dat door deze subsidiëring de stimulans wordt weggehaald om te
komen tot een sluitende begroting.
- De voorzitter -