- 2 - 3. Ingekomen stukken. Naar aanleiding van het onder Al bedoelde stuk merkt de heer Leerentveld op dat door Gedeputeerde Staten het nodige voorbehoud is gemaakt bij de in de onderhavige be grotingswijziging opgenomen reservering van 125.000,00. Hij vraagt of dergelijke opmerkingen gangbaar zijn. De voorzitter antwoordt dat Gedeputeerde Staten hiermede slechts bedoelen dat zij niet op voorhand instemmen met de wijze waarop de gelden in de toekomst zullen worden be steed. Naar aanleiding van het onder Cll bedoelde stuk wijst de heer Leerentveld op het belang van een organisatie als Benegora op het terrein van de grensoverschrijdende milieu vraagstukken. Naar zijn mening dient een dergelijke organisatie wel subsidie vanwege de gemeente te worden toegekend De voorzitter zegt de belangrijke functie van genoemde organisatie te erkennen. Hij zegt echter dat hier sprake is van een bovengemeentelijk belang zodat subsidiëring naar zijn mening niet vanwege de gemeente dient te geschieden. Naar aanleiding van het onder C12 bedoelde stuk zegt de heer Leerentveld dat het vraag stuk omtrent beëindiging van het bevolkingsonderzoek op baarmoederhalskanker naar zijn mening een apart onderwerp op de agenda had moeten zijn. Spreker zegt dat hier een raadsbesluit wordt gevraagd. ^^e voorzitter zegt het van ondergeschikt belang te achten of dit onderwerp al dan niet dis apart punt op de agenda staat. Hij zegt echter toe in de vergadering van het Streek- gewest te zullen aandringen op een onderzoek naar de mogelijkheden tot voortzetting van het onderzoek. Hij voegt hieraan toe dat, indien het onderzoek niet meer zal worden verricht vanwege het Streekgewestde gemeente Standdaarbuiten zonodig en indien moge lijk zal meewerken aan een individuele samenwerkingsregeling terzake. De heer Kokke betuigt zijn instemming met het gesprokene. Naar aanleiding van het stuk onder D19 merkt de heer Kokke op dat in het bijbehorend rapport van het verificatiebureau melding wordt gemaakt van een naheffing omzetbe lasting met daarop een boete van 10 procent. Hij vraagt in hoeverre de gemeente in deze kosten participeert. De voorzitter zegt daar thans geen antwoord op te kunnen geven. Hij zegt toe in een volgende vergadering hieromtrent uitsluitsel te geven. Naar aanleiding van het stuk genoemd onder D21 vraagt de heer Kokke of het College op de hoogte is van de problemen waarin de Regionale Stichting "Rondom Mark en Weerijs" momenteel verkeert. Hij zegt zich af te vragen of een instelling die zoveel problemen heeft met zichzelf nog wel dienstbaar kan zijn aan de bevolking. De voorzitter zegt op de hoogte te zijn van bedoelde problematiek. Hij zegt dat de problemen zich toespitsen op de decentralisatie. De zorg welke momenteel leeft bij het ^bestuur van de stichting is echter nog niet overgeslagen op het personeel. Hij zegt ^^at de toekomst met enig vertrouwen moet worden tegemoet gezien. De heer van Hoof zegt dat onlangs door de Raad een krediet is gevoteerd voor instelling van een onderzoek binnen de stichting. Hij vraagt of het rapport naar aanleiding van dit onderzoek op korte termijn is te verwachten. De voorzitter zegt dat ook het benodigd krediet voor dit onderzoek in een aantal ge meenten problemen heeft opgeleverd. De Stichting heeft nu zelf een summier rapport opgesteld. Dit rapport zal voor de raadsleden ter inzage worden gesteld. Naar aanleiding van de ontwerp-brief welke is opgemaakt naar aanleiding van het onder D15 bedoelde stuk merkt de heer Leerentveld op dat hierin is gesteld dat afschrijvingen moeten worden gedaan op basis van technische levensduur. Naar zijn mening moet dit echter zijn de economische levensduur. De voorzitter stelt voor beide afschrijvingsvormen te noemen in het schrijven. Spreker zegt hiertegen geen bezwaar te hebben. Naar aanleiding van het stuk bedoeld onder D29 zegt de heer Kokke van mening te zijn dat door het College niet elegant gehandeld is ten opzichte van afzenders van de brief. De heer Leerentveld merkt op dat door het College in principe niet onjuist gehandeld is. Hij zegt dat de verordening, indien deze voor tweëerlei uitleg vatbaar blijkt, dient te worden gewijzigd. - De -

Raadsnotulen

Standdaarbuiten: 1937-1996 | 1982 | | pagina 60