Hij heeft respect voor de wijze waarop tot op heden met door gitten verkregen materialen
gewerkt is.
De heer van Damme wijst nogmaals op het feit dat ook de peuterspeelzaal te Noordheek
een soortgelijk subsidieverzoek zal doen.
De voorzitter zegt dat hiermede rekening zal worden gehouden.
Zonder veraere discussie of hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
9. Gewestelijke taak bij de totstandkoming van een dorpenplan.
De heer van Hoof zegt dat de gemeenten met kleine kernen nadeel hebben ondervonden van
het door de provincie opgezette streekplan en spreekt de hoop uit dat met dit dorpen
plan een gunstiger' resultaat verkregen kan worden. Voorts is hij van mening dat het
Streekgewest Westelijk Noord-Brabant, deskundig personeel aan moet trekken, daar het naar
zijn mening thans niet over ter zake deskundig personeel beschikt.
De voorzitter zegt dat de gemeente attent moet zijn bij het opstellen van het dorpenplm
door het Streekgewest en zegt de ontwikkelingen cp de voet te zullen volgen en de
grootst mogelijke invloed uit te oefenen.
De heer Veeke zegt uit de persberichten te hebben vernemen dat het opstellen van een
dorpenplan door het Streekgewest geen haalbare kaart is erdat in omliggende gemeenten
een soortgelijk voorstel niet werd aangenomen. Hij is van mening dat de opdracht toch
beter gegeven kan worden aan het Streekgewest daar deze beter op de hoogte is met de
lokale situatie dan de Provincie.
De voorzitter zegt dat de pubxikaties in de dagbladen hem hebben verwonderd en vraagt
zich ook af of het opstellen van een dorpenplan in gewestelijk verband door kan gaan.
Het blijft volgens hem ook wel mogelijk cm op een andere manier te komen tot een dorpen-
plan. Hij zegt zelf voorstander te zijn van zo'n plan.
De heer Veeke vraagt of met de gemeente Klundert overleg is gevoerd over de vraag wat
deze gemeente van plan is iri.b.t. het gedeelte van Noordhoek dat onder deze gemeente valt.
De voorzitter antwoordt dat inmiddels met de gemeente Klundert overleg is gevoerd met
name over de financiële consequenties.
De heer van Damme zegt geen voordeel te zien met betrekking tot een lagere kostprijs
indien het Streekgewest de werkzaamheden vervult.
De voorzitter zegt wei degelijk voordelen te zien maar wijst wel cp het feit 'dat 20
van de kosten van het opstellen van liet dorpenplan voor rekening van de gemeente komen.
Hij zegt dat de financiële consequenties die hieruit voortvloeien niet beleend zijn.
Eerst zal zekerheid verkregen moeten worden wat het opstellen van het dorpenplan de ge
meente concreet gaat kosten, aldus de voorzitter.
De heer van Hoef is de mening toegedaan dat de leefbaarheidsaspecten in het dorpenplan
een grote rol moeten spelen en vindt dat dit niet door het Ministerie kan geschieden.
De voorzitter zegt het zeer belangrijk te vinden dat de leefbaarheidsaspecten een
centrale plaats in het dorperplan innemen.
Zonder verdere discussie of hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangencmen
10. Voorbereidingsbesluit arde Kerkstraat - Sluissedijk.
De heer Veeke zegt voorstander te zijn van dit voorstel. Hij is het er volledig mee
eens de braak liggende terreinen tussen de woningen aan de Oude Kerkstraat en Sluisse
dijk voor woningbouw te bestemmen.
De heer van Damme vraagt of voor het gebied aan de Oudendijk en de Kreekdijk een soort
gelijk besluit genomen kan worden.
De voorzitter zegt hierop dat dit gezien de meer landelijke ligging van dit gebied
moeilijker ligt en wil dat cp dit mement afraden. De Sluissedijk en Oude Kerkstraat
zijn meer volgebouwd en sluiten aan bij de kern, aldus de voorzitter. Hij zegt toe eens
te willen studeren cp het gebied Oudendijk/Kreekdijk.
Wethouder Mulders voegt hieraan toe, dat in het verleden het gebied Oude Kerkstraat/
Sluissedijk bebouwd is geweest, hetgeen niet het geval is in het gebied Oudendijk/
Kreekdijk.
Zonder verdere discussie of hooidelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
- II. -
1