- 3 -
Na ruiling kunnen wij er nog een bouwperceeltje van maken.
De heer van Hoof zegt in het besluit niet terug te kunnen vinden wat de make
laar met het geruilde stukje grond van plan is. Wordt het café uitgebreid; dit
zou misschien een schadelijke invloed hebben op de plaatselijke horeca.
De voorzitter is van mening dat dit café ook tot de plaatselijke horeca be
hoort. Uit verkregen inlichtingen blijkt dat het café afgebroken zal worden.
De heer van Hoof vraagt wat die grond voor ons opbrengt.
De voorzitter zegt dat nu de mogelijkheid van bouwperceel gecreëerd wordt.
De heer Bogaarts zegt dat Standdaarbuiten in het verleden een angstwekkend
aantal horeca bedrijven had, maar nu is het het tegenovergestelde. Toen de
LADA- bottelarij nog bestond was deze doorgang nog vrij aktueel. En in het ver
leden bij kermissen e.d. werd hier een danstent opgeplaatst. De grondruil kan
tot een aardig bouwperceel leiden; uit het oogpunt van eigenbelang is het voor
delig.
De heer Veeke vraagt van wie het perceel, op de tekening aangegeven, tussen het
blauwafgedrukte en de woning aan de Havenstraat is.
De voorzitter zegt dat dat perceel van de heer Verhulst is.
Wethouder Mulders merkt op dat het ook al afgebakend is.
De heer van Tilburg zegt het een puzzel te vinden; hij vraagt of de meting
toch juist geweest is.
De voorzitter zegt dat zoals het er nu ligt, het ook op kaart aangegeven is.
De heer Bogaarts merkt nog op dat de doorgang waarschijnlijk geen openbare weg
is, omdat deze bij voorkomende gelegenheden werd afgesloten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
12. 32 en 33e wijziging gemeentebegroting 1979 (slotwijziging)
De heer Bogaarts zegt de afbetaling van de uitkoopsom een wijs voorstel te
vinden. Bij de reservering van 200.000,00 voor het bouwen van een sporthal
zet hij een vraagteken.
De voorzitter antwoordt dat dit een reservering is die later een andere naam
zal krijgen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
13. Krediet restauratie sportveld Standdaarbuiten (26e wijziging gemeentebe
groting 1980).
De voorzitter merkt op dat de grote slink, waar vroeger de sloot gelegen heeft,
er in blijft zitten. Deze is niet zo hinderlijk voor de spelers.
De heer van Poeijer zegt in principe niet tegen het voorstel te zijn. Spreker
is van mening dat tijdens de winterperiode niet voorzichtig omgegaan wordt
met de velden.
De voorzitter zegt dat hij complimenten gekregen heeft omdat de velden er zo
goed uitzien. Er is geen sprake van grote reparatie. Alleen het hoofdveld van
SVC is erg slecht. Als wij nu gaan restaureren worden de andere velden kapot
gespeeld.
De heer Bogaarts is vati mening dat wij totale restauratie moeten vergeten. Hij
vraagt hoelang dit veld al in gebruik is.
De voorzitter meent een jaar of 14 - 15.
De heer Bogaarts zegt een afschrijving van 15 jaren te zien 18.500,00 is per
15 jaren erg weinig. Wij zouden een particulier kunnen vragen deze restauratic
te doen. Hij vraagt of deze slijtage langzamerhand gekomen is.
De voorzitter is van mening dat dit veld te laat in gebruik genomen is. Het
veld is te lang zacht gebleven. Als het eerder bespeeld was, zou het veel har
der zijn.
Wethouder Mulders merkt op dat men de laatste tijd nogal wat last gehad heeft
van ongedierte.
De voorzitter bevestig^ dit en zegt dat er veel konijnen en mollen gezeten
hebben
De hoer Veeke is van mening dat de velden er goed uitzien.
- De -