GEMEENTE
STANDDAARBUITEN
II/ 31 oktober 1979
Notulen van de openbare vergadering van de Raad der gemeente Stand-
daarbuiten op dinsdag 18 september 1979 om 19.30 uur namiddags in
het gemeenschapshuis De Standaards Timberwol "straat 5 to Stand-
daarbui ten
Aanwezig zijn de heren P.G. van doof, A, J. Veelte, A. P. Kouters v
J.G.M. van Poeijer, A.d.F.M. Mulders.
Jvan Tilburg en P.A.H. Bogaarts.
Voorzitter is de heer P.M. Hameltevens secretaris.
1. Opening vergadering en aanwijzing van een voorstemmer
De voorzitter opent de vergadering met het voorgeschreven gebed
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 van het Reglement van Orde
wordt nummer 2 van de presentielijst aangewezen om bij een eventue
le stemming de omvraag te beginnen.
2. Vaststelling van do notulen van de vergadering van 22 augustus
19 79
De heer Veeke zegt in de ontwerp-notulen bij punt 6 gemist te. heb
ben zijn vraag of de school niet op andere wijze over kan gaan tot
aanschaf van de artikelen waarvoor nu geen medewerking wordt gege
ven
De voorzitter had toen geantwoord dat aanschaf altijd mogelijk is,
mits dit betaald wordt uit de zgnexploitatiekostenvergoeding.
De voorzitter zegt toe dat dit alsnog zal worden vermeld.
Zonder hoofdelijke stemming worden de ontwerp-notulen van de verga
dering van 22 augustus 1979 vastgesteld.
3Ingekomen stukken
Zonder discussie of hoofdelijke stemming worden de stukken genoemd
onder de nrs. 1 t/m 17 voor kennisgeving aangenomen en de stukken
genoemd onder de nrs. 13 t/m 23 aangehouden tot de behandeling
van de begroting 1980.
4. Aanvaarden van een wijziging van de IZ.A-regeling Noord-Brabant
De heer Bogaarts zegt met dit voorstel geen enkele moeite te hebben.
Hij zegt het wel vreemd te vinden dat Noord-Brabant en Limburg
nog geen samenwerking kenden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hot voorstel aangenomen.
5. Aanwijzing van een lid en plaatsvervangend lid van de gewestraad
Streekgewest Westelijk Noord-Brabant
De heer Bogaarts zegt het, naast de praktische redenen die er daar
toe zijn, een kwestie van normale verhoudingen te vinden dat leden
van het College voor deze functie worden aangewezen. Het College
wordt tenslotte door de Raad gekozen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
