- 6 -
Vervolgens leest de voorzitter de brief voor, die het College van Burgemeester
en Wethouders op 26 oktober 1976 voor de Raadsvergadering als antwoord naar de
heer Mulders heeft doen uitgaan.
De inhoud hiervan luidt:
Aan de heer A.M.F.M. Mulders
Hoogstraat lp
STANDDAARBUITEN
Standdaarbuiten, 26 oktober 1976
onderwerp: Gemeenschapshuis "De Standaard"
Uw vragen in de Raadsvergadering van 17 augustus 1976 zijn voor ons aanleiding
geweest voor een gesprek met een delegatie uit het bestuur van het Maatschap
pelijk Centrum Oudenbosch op 18 augustus 1976.
Vanaf die datum heeft voormeld bestuur onderzocht of en zo welke oplossingen
er in de voorliggende moeilijke kwestie mogelijk waren.
Dit heeft meer tijd gevergd dan gedacht werd.
Op 1 november a.s. hopen wij een afrondend gesprek met het bestuur van het
Maatschappelijk Centrum te hebben; op 15 november a.s. zal verder een informa
tie-avond gehouden worden.
Omdat wij tot op heden geen definitieve oplossing der problemen kunnen melden,
is beantwoording van Uw vragen nog aangehouden.
Wat betreft Uw vragen 2 t/m 7 van 25 oktober 1976 het volgende:
2. Aan de beheerscommissie is altijd toegevoegd geweest de heer Bakkers,
penningmeester van het Maatschappelijk Centrum juist om financiële aspecten
te kunnen toelichten.
De beheerscommissie heeft o.m. tot taak gehad spelregels te ontwerpen, maar
zover is zij niet kunnen komen.
Om een financieel verslag is - zo is ons medegedeeld - nooit gevraagd.
p. Vóór de fusie in 1971 was er geen beheerscommissie, deze is nadien pas opge
treden. De bemanning van die commissie is in feite altijd een probleem ge
weest. Veelvuldige wisselingen en - misschien door gebrek aan spelregels -
minder goede verhoudingen zijn o.i. de vermoedelijke oorzaken van het niet
of niet goed functionneren der commissie.
4- Ons is niet geheel duidelijk wat bedoeld wordt. Aanwezigheid van penning
meester en opbouwwerker bij de vergaderingen kunnen wij niet als voogdij
zien.
Overigens zijn wij voorshands van mening dat juist goede voogdij veel had
kunnen voorkomen.
5. Over uitgaven voor onderhoud kunnen wij op dit moment geen informatie ver
strekken -wegens gebrek^aan gegevens. Na de fusie in 1971 is er achterstand
ontstaan in de financiële afwikkeling, mede door verlate controle op jaar
stukken. Ons is toegezegd dat op 1 november a.s. alle jaarstukken overhan
digd zullen v/orden.
Op de begroting is zeker altijd een post voor onderhoud geraamd.
Voor grote verbeteringen aan het gebouw moeten uiteraard afzonderlijke
kredieten gevraagd worden.
6. Reparatie-werkzaamheden werden zo mogelijk verricht door de beheerder, die
dit ook in het verleden met grote ijver en toewijding deed. In dit geval -
met alle respect voor het vele werk - vragen wij ons af of er niet verkeerd
zuinigheid betracht is.
7- Bij punt 5 is hierop al ingegaan.
- De -