de kwestie van de jeugdsubsidies momenteel in groter verband
bestudeerd wordt.
De vraag van de heer Bogaarts of de handboogschutterij het door
haar toegezegde financieel verslag inmiddels heeft overhandigd,
beantwoordt de voorzitter ontkennend, tegelijk belovend hier
achter aan te zullen gaan.
Vervolgens vraagt de heer Bogaarts hoe het met de jeugdvereniging
"de Zwaluwen" is gesteld. De voorzitter prijst de werkzaamheden
van genoemde vereniging, zegt dat zij zichzelf bedruipt (net als
"Smash" momenteel)en antwoordt op de vraag van de heer Kouters
wat zoal haar activiteiten zijn, dat haar leden en vooral haar
leidsters zéér actief en creatief zijn.
De heer Mulders acht dit zeer belangrijk omdat de leden van "de
Zwaluwen" aldus geruisloos overgaan naar verenigingen met andere
activiteiten, zoals bijv. de drumband.
Met betrekking tot het reiskostenprobleem stelt de heer van Til
burg nog dat de handboogschutterij ook nogal eens ver buiten de
gemeente speelt; dit wordt beaamd.
De heer Mulders toont zich verheugd over het feit dat de visclub
niet om subsidie aanklopt, evenals de voorzitter, die hierover
echter opmerkt dat het niet verstrekken van basissubsidie aan de
visclub als discriminatie zou kunnen worden opgevat.
De heer Bogaarts toont zich er in het kader van de hele subsidie-
problematiek voorstander van dat alle verenigingen zoveel mogelijk
gegevens op tafel brengen. De voorzitter zegt hierover dat het
niet zinvol is om gegevens van de ene vereniging te vergelijken
met die van de andere, en noemt een voorbeeld: de voetbalclubs,
wier terreinen 4x zo duur zijn als de tennisbaan, betalen 1/3
aan terreinhuur van de baanhuur der tennisclub.
Besloten wordt zonder hoofdelijke stemming aan ArgosSmash,
tennisvereniging, DITO en jeugdnatuurwacht een basissubsidie
van 100,- elk te verlenen.
De heer Bogaarts stelt vervolgens met betrekking tot de Bijstands-
problematiek (hoofdstuk IX, pag. 132) dat hij de bedragen zéér
laag vindt. De voorzitter zegt dat de Algemene Bijstandwet enkel
en alleen beoogt om in het allernoodzakelijkste levensonderhoud
te voorzien. De heer Bogaarts concludeert dat de Algemene Bij-Stand
wet in feite hetzelfde beoogt als de voormalige Armenwet; dit
wordt door de voorzitter beaamd, die vervolgens zegt dat we ons
hier in een vicieuze cirkel bevinden: worden de bedragen van de
Bijstandswet opgetrokken, dan blijven de bedragen van de AOW
achter; deze moeten dan verhoogd worden met een bijstandsuitkering
De heer Bogaarts bepleit een verhoging van de bijstandsbedragen
door het college van burgemeester en wethouders; dezen zijn hier
immers geheel vrij in. De voorzitter merkt op dat de Algemene
Bijstandswet mogelijk in een regionaal kader zal worden uitgevoerd
waar het hele terrein momenteel schier onoverzienbaar is voor een
enkele gemeenteambtenaar, is straks door samenbundeling van
identieke probleem-gevallen specialisatie mogelijk, kunnen betere
adviezen worden verkregen, en is continuering van een bepaald be
leid mogelijk.
Met betrekking tot de inkomstenpost van het bejaardenhuis "de
Zellebergen" (hoofdstuk IX, pag. 129), vraagt de heer Bogaarts
of er ook met andere verzorgingsinstituten dergelijke overeenkom-
- sten -