- 3 -
provinciaal gemiddelde is gelegen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
9Toekenning van een uitkering-ineens aan het qemeentepersoneel
Zonder discussie of hoofdelijke stemming u/ordt conform het voorstel
besloten.
10. Vaststelling bedrag per leerling ex artikel 101 van de Lager Onder
wijswet 1920 voor het jaar 1973.
De voorzitter geeft een uiteenzetting over de jaarlijkse stijgingen,
die een gevolg zijn van de trendmatige stijging van het loon- en
prijspeil in Nederland.
Spreker zegt voorts, dat in de bijdrage per leerling ad 177,00
niet is begrepen kosten voor het geven van gymnastiek- en zwemlessen
en voor het onderhoud van de tuin bij de R.K. School te Noordhoek,
alsmede de kosten van enkele andere voorzieningen.
De heer Mulders vindt de verhoging van 152,50 naar 177,00
wat al te fors uitgevallen. Zijns inziens was 170,- voldoende geweest.
Spreker vraagt, of deze verhoging het gevolg is van een advies van de
inspecteur van het lager onderwijs of van een verzoek van de plaatse
lijke schoolbesturen.
De voorzitter antwoordt, dat inderdaad de inspecteur van het lager
onderwijs in de inspectie Roosendaal bij schrijven van 2 oktober 1972
tot deze verhoging heeft geadviseerd.
Spreker vindt de verhoging redelijk. Gezien de uitkering van het Rijk
zouden wij nog wel een hogere bijdrage per leerling kunnen verant
woorden, doch het is in het verleden wenselijk gebleken een kleine
reserve achter de hand te houden, teneinde niet voor onoverkomenlijke
verrassingen te komen te staan.
Spreker is echter van mening, dat het gemeente-bestuur niet aan de
Rijksuitkeringen t.b.v. het onderwijs behoeft te verdienen.
De heer van der Horst vindt het bedrag per leerling ad 177,00 te
laag. Spreker memoreert een bespreking van het Oudercomité te Noord-
hoek, waar o.m. ter sprake kwam, dat voor de leerlingen geen atlas kon
worden gekocht, zodat de ouders van de leerlingen hiervoor moesten
zorgdragen.
Het komt de voorzitter voor, dat met een juist beleid, dit bedrag per
leerling voldoende moet zijn, om voor de leerlingen de nodige leer
middelen te kunnen aanschaffen.
De heer van der Horst vraagt of het niet wenselijk was, dat het
schoolbestuur van de R.K. School te Noordhoek, indien er sprake is
van een onjuist beleid, op het mat je wordt geroepen, teneinde hun
beleid te verantwoorden.
De voorzitter zegt daarop, dat hij reeds in het bezit is van de
desbetreffende gegevens en dat hij hierover zich schriftelijk zal
wenden tot de inspecteur van het lager onderwijs in Roosendaal.
De voorzitter zegt toe, zowel aan de heer van der Horst als aan het
schoolbestuur te Noordhoek een afschrift van dit schrijven te zullen
doen toekomen.
Ulethouder de Uiit merkt op, dat met het bedrag ad 177,00 per leerling
het gemeente-bestuur al dicht bij het maximum is gekomen. Spreker is
van mening, dat dit bedrag niet kan worden verhoogd, wil de gemeente
nog enige ruimte overhouden.
De heer Mulders wenst aantekening, dat hij tegen het voorstel is, omdat
hij de bijdrage te hoog vindt.
De heer van der Horst wenst aantekening, dat hij tegen het voorstel is,
omdat hij de bijdrage te laag vindt.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten. 4
