De voorzitter zegt blij te zijn met deze opmerking, juist om
dat de Minister daar naar gevraagd heeft. Hij zal dit in de
brief nog inlassen.
De heer Bogaarts verduidelijkt zijn bedoeling. Hij wil krachtig
naar voren brengen, wat er in de hele Raad leeft; tegen het
punt herindeling bestaat geen bezwaar, maar op de eerste
plaats staat het bepalen en juist omlijnen van de grotere ver
banden en dan pas praten over de herindeling.
De voorzitter zegt, dat het in de aanvang van de brief vol
doende uiteen gezet is. We moeten onze krachten bundelen om
te berei" wat we bedoelen.
De heer van der Horst vindt het schrijven prachtig. Hij noemt
het een knap en deskundig werk en complimenteert de voorzitter
ermee. Alleen blz. 2 omtrent de gerichtheid van Noordhoek, is
hem niet helemaal duidelijk. Hij vraagt wat onder gerichtheid
wordt verstaan.
De voorzitter zegt dat bedoeld wordt de situatie, zoals deze
op de dag van vandaag is# dat men toch liever naar Oudenbosch
gaat voor alle mogelijke zaken en niet naar Zevenbergen, dus
waar men in het dagelijkse leven naar toe gaat voor alle moge
lijke dingen. Dat is gerichtheid. Hij dankt de heer van der
Horst voor zijn compliment.
De heer Mulders zegt, dat hij op blz.2 de samenwerking mist op
het gebied van het onderwijs. De voorzitter zegt dat dit er
niet bij staat, omdat daarbij niet van samenwerking kan worden
gesproken. Er zijn in de gemeente drie organen t.w. de Raad,
het college van Burgemeester en Wethouders, en de Burgemeester,
welke bij een samenwerking betrokken kunnen zijn, en dit is
met de gemeente Oudenbosch op het gebied van onderwijs niet
het geval. De heer van Ylimmeren zegt met het schrijven goed
akkoord te zijn en daarmede volledig in te stemmen, gezien ook
de uitslag van de te Noordhoek gehouden enquête, welke eens
gezind naar Oudenbosch verwijst.
Krijgen we onze zin niet, dan hebben we toch ons best gedaan.
De voorzitter vraagt wie der leden hierover nog het woord
verlangt.
De voorzitter zegt het onderhavige schrijven, hier en daar
bijgeschaafd overeenkomstig de in de Raad gemaakte opmerkingen,
te zullen zenden naar heren Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
en doet de belofte het door de Raad ingenomen standpunt met
hand en tand te zullen verdedigen.
Hij dankt de Raad voor het genomen besluit.
Voorlopige vaststelling van de rekeningen over 1 968.
De voorzitter zegt dat de leden in het agenda-dossier de gemeente-
rekening 1968 en de rekening van het gemeentelijk woningbedrijf
over het jaar 1968, met alle bijbehorende bescheiden hebben
gezien. Daarbij zijn overgelegd de rapporten omtrent het onder
zoek dier rekeningen door het Verificatiebureau van de Vereniging
van Ned. Gemeenten en de terzake dien :ide verantwoording van
burgemeester en wethouders, alsmede het verslag van de daartoe
aangewezen commissie van onderzoek.
Hij merkt nog op bij de primitieve begroting 1968 gestart is
met een nadelig saldo van ruim f.43.000,- en de rekening 1968
een nadelig saldo te zien geeft van f.1737,64. Hij ziet hierin