niet de salarissen.
Genoemde bedragen zijn afgestemd op landelijke normen.
De heer van VTimmeren vraagt vervolgens of het geen aanbeveling
verdient, dat het gemeentebestuur een adviserende stem heeft
in de toewijzing van de opnamen.
De voorzitter zegt, dat dit niet gebruikelijk is en als we ver
standig zijn moeten we dat ook niet doen; het staat gelijk met
het spelen voor controleur of dat we de Stichting gaan bevoogden.
We moeten uitgaan van goede bedoelingen. Ongetwijfeld zal de
Stichting de aanmelding voor opname tijdig openstellen. Hij wil
daar met plezier nog eens op attenderen.
De heer van Vlimmeren zegt van gedachte te zijn, dat honderd
procent van de opgenomen bejaarden bij de gemeente terecht
moeten komen.
De voorzitter zegt, dat dit helemaal niet erg is en vraagt wie
der leden hierover nog het woord of stemming verlangt.
Hierop wordt zonder hoofdelijke stemming, conform het voorstel,
besloten.
De voorzitter zegt, als voorzitter, de Raad te willen geluk
wensen met het genomen besluit, waarvoor het verre nageslacht
van Standdaarbuiten de laad dankbaar zal blijven en het park
is gered, waarvoor nu in de verre toekomst Standdaarbuiten u
zal waarderen.
7Bespreking van het wetsontwerp inzake herindeling van het
Y/est-Brabantse Riviermondengebied
De voorzitter zegt dat in het vorig college en ook in dit
college herhaaldelijk over de herindeling is gesproken.
De onderhavige ontwerp-brief bevat uw mening, zoals deze laatste
lijk 19 november j.l. naar voren is gekomen en geformuleerd en
23 november d.o.v. te Zevenbergen in een open gesprek met de
Minister van Binnenlandse Zaken, gemeentenbesturen en vertegen
woordiging van de provincie, te berde is gebracht. Al deze
punten liggen in de ontwerp-brief, gericht aan het college van
Heren Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, besloten.
De voorzitter vraagt of de leden zich met de tekst, de intentie
en de conclusie daarvan kunnen verenigen.
De heer Bogaarts zegt, dat de toonzetting van de brief hem
persoonlijk zeer aanspreekt. Hij is van mening, dat het niet
goed is in dit schrijven een mening al te zacht te uiten, een
nuance sterker verhoogt de waarde.
Alleen de aanhef had hij graag sterker gezegd willen hebben.
Niet alleen dat het onjuist en inconsequent is Standdaarbuiten
bij dit herindelingsplan te betrekken, maar ook dat we van
oordeel zijn, dat dit uitgesteld moet worden tot de gemeente
Oudenbosch bij een herindeling is betrokken.
De voorzitter zegt, dat het iets aangedikt had kunnen zijn, maar
wil daar niet te zwaar aan tillen; het staat er wel in. Op de
bijeenkomst met de Minister van Binnenlandse Zaken is het precic._
zo gezegd. Er is een woordelijk verslag op de band bij de Minister.
Naar aanleiding van een door de Minister gestelde vraag,of
Noordhoek een kerk en een school had, zou hij er nog wel bij
willen vermelden dat Noordhoek een uitleenbibliotheek heeft en
een bij-bank.
De heer Kouters herinnert de voorzitter eraan, dat de Minister
ook gevraagd heeft naar de geloofsovertuiging van Noordhoek.