De heer van VIimmeren merkt op dat er dan weer een afscheiding
moet komen. De voorzitter antwoordt dat dit met de heer Kers-
tens kan worden overlegd, het is alleen diens belang en we
zullen vragen een afscheiding te maken tot ons genoegen. Er is
op dit terrein geen erfdienstbaarheid gevestigd; de heer
Kcrstens heeft uitsluitend een persoonlijk recht.
De lengte van de door de gemeente te plaatsen afscheidingsmuur,
zoals deze op de gecorrigeerde kaart staat aangegeven bedraagt
p.m. 8 h 10 meter, zal 1-g meter hoog en half-steens worden.
De voorzitter vraagt wie der leden hierover het woord of stem
ming verlangt.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
9. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het nemen van sala
rismaatregelen voor het gemeente-personeel.
De voorzitter zegt dat deze maatregelen uit twee delen be-
staa-n. Een wijziging van de salarisverordening naar aanleiding
van een bemerking van heren gedeputeerde staten betreffende het
minimum-loon en het tweede deel het van overeenkomstige toepas
sing verklaren van voor het rijkspersoneel genomen maatregelen
t.w. een uitkering ineens van 2over het 1e halfjaar 1969 en
de verhoging per 1 juli 1969 met 2$.
De heer van VIimmeren vindt het minimum-salaris van f. 615,
per maand voor 23 jarige en ouder bepaald te laag.
De voorzitter zegt dat de heer van VIimmeren dit niet helemaal
juist ziet; bij een leeftijd van 23 jaar moet dit minimum-loon
betaald worden. Bij de gemeente-secretarie spreekt dit minder
omdat een jeugdig ambtenaar bij bevordering in hogere rang tot
21 jaar een jeugdaftrek krijgt. Voor de buitendienst is het voor
een paar gevallen wel van betekenis. Daarbij moet rekening wor
den gehouden dat de premie A0W/A\/W voor rekening van de
overheid is.
De heer Bogaarts merkt op dat door de loonbelasting veel terug
genomen wordt; op de secretarie vliegt men weg; de gemeente
arbeiders in de laagste loongroep zitten hierop vast.
De heer van VI immer en blijft bij zijn mening dat dit minimum-sala
ris niet hoog is,
De voorzitter wijst erop dat er een bindend salaris-beleid is,
waarvan niet afgeweken kan worden. Hierop wordt nimmer de goed
keuring van gedeputeerde staten verkregen.
De heer van VI immer en vraagt of iedere gemeente vrij is om ver
der te gaan en of dat daar ook normen aan verbonden zijn.
De voorzitter zegt dat men daarbij gebonden is aan normen en or
ganieke bezetting en vraagt wie der leden hierover nog het
woord of stemming verlangt.
Hierop wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel
besloten.
10. Bespreking van het voorontwerp-streekplan West-Brabant
De voorzitter zegt dat in het college is afgesproken dit streek
plan, zoals het voorligt te aanvaarden. Y/e zijn de eerste schok
te boven door het riviermondenplan en de Raad weet dat wij be
zwaren hebben geuit. Hieraan is in het streekplan niet hele
maal tegemoetgekomen.
Er wordt door de diverse gemeenten verschillend over het plan
gesproken. De voorzitter wil vooraf de algemene opmerking ma
ken dat het zeer moeilijk is de gehele streek in zijn totaliteit
te bezien. De geuite bezwaren zijn alle erg gemeentelijk gedacht.
