De voorzitter stelt deze vraag eveneens aan de heer van Tilburg. De heer van Tilburg refereert zich aan het oordeel van burgemeester en wethouders neergelegd in hun memo randum en maakt hier geen voorstel van. De voorzitter zegt er prijs op gesteld'te hebben dat er vrijuit gepraat is kunnen worden, al is alles oud. Het is overigens een vrij verward debat geworden. Persoonlijk wil hij zijn dank brengen aan de Commissaris der Koningin voor alle moeite en zorgen, die de ze zich getroost heeft om ons uit de puree te halen; hij hoopt dat er deze vlaskwestie niet langer als een zwaard van Damocles boven het hoofd hebben hangen en over de hoofden van de leden van de raad heen richt hij zich tot de gehele bevolking om hieruit de les te putten, dat dooit eendrachtige samenwerking meer te bereiken is dan met vechten en bekvechten. De heer de Hit wil bij deze zaak nog enkele kanttekeningen plaatsen. Een betrekkelijk de gemeentel-die buiten het college van burgemeester en wethouders om gaat. Hoge heren hebben zich met gemeentezaken be moeid. Bedoeld wordt een tweede kamerlid, zonder zich de moeite te getroosten om zelf inlichtingen bij het gemeentebestuur in te winnen. Hier valt ook een les uit te trekken, om eerst naar het gemeentehuis te ko men voordat dwaze en overbodige stappen worden ondernomen. Ondanks dat het beleid van burgemeester en wethouders de goedkeuring kan wegdragen van de Raad blijven z.i. toch grote zorgen en grote problemen voor deze gemeente, die grote tegenstellingen kent. De Commissaris der Koningin, wiens pogingen zeer worden gewaardeerd, en de bemiddelaars, die weliswaar een beelje zwaar een beroep op de vrede doen, het is wel wat laat om het te zeggen, maar dat is uit het hart gegrepen. Hij haalt daarbij aan de oproep tot vrede van Paus Paulus bij gelegenheid van zijn bezoek aan Jeruzalem, in antwoord waarop een Jordaans vorst verklaarde bereid te zijn naar vrede te streven, maar dat die vrede niet verwezenlijkt kan worden als niet overal gerechtigheid heerst. 11. Rondvraag Oprit Oude Kerkstraat. Bisschop Hopmansstraat De heer van Vlimmeren zegt, dat er nu een nieuwe straat is gelegd in Noordhoek, dat de heer van de Luijtgaarden nu aan beide zijden in een gat zit en altijd onder water staat. De voorzitter zegt, dat de straat daar iets opgehaald is moeten worden, en dat een goede straat van algemeen belang is. De heer van Vlimmeren is van mening, dat dit straatgedeelte van de gemeente is. De voorzitter ontkent dit, alles is particulier terrein. Ds heer Kouters denkt, dat er toch een strookje va/i de gemeente bij is en verzoekt de voorzitter daat toch eens naar te kijken. De voorzitter zegt toe dit even te zullen nagaan. Rattenplaaq Havenstraat. De heer van Tilburg zegt alle middelen geprobeerd te hebben om van de ratten af te komen. Voor het ge bruik van vergiftigde haver tjeeft hij niet veel; hij wil de bestrijding in een andere vorm zien. In de Havenstraat heerst een ware rattenplaag. De voorzitter zegt dat 15 december j.l. onder leiding van Uageningen een grootscheepse verdelgingsaktie begonnen is. Niet alleen in de Havenstraat maar ook op diverse andere punten. Het Js collectief aangepakt, waarbij veel gebruik wordt gemaakt van Cumurat, hetgeen door deskundigen als een geweldige lekkernij voor de ratten wordt aanbevolen. Ook gemengd voer is daarbij gebruikt. Hij verwacht van dit aktie toch wel resultaten. 12. Sluiting. Niets meer te behandelen zijnde, sluit de voorzitter de vergadering met het voorgeschreven gebed. Oe heer van Vlimmeren vraagt of het niet mogelijk zou zijn, dat de oprit Oude Kerkstraat gelijktijdig aangepakt werd met de aanleg van de Dwarsstraat door dezelfde firma. Hij wil de gemeente niet op kosten brengen, maar denkt dat doof* het vele werk de eigen mensen hiervoor geen tijd zullen hebben. De voorzitter zegt, dat een oprit praktisch in een dag klaar is. Met nieuw materiaal kunnen onze mensen echt wel uit de voeten; hij gelooft in hun geest te handelen ze ook een met nieuwe materialen te laten werken. De voorzitter

Raadsnotulen

Standdaarbuiten: 1937-1996 | 1964 | | pagina 40