- 2 -
6 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT AFWIJZING VAN HET VERZOEK
OM VERHOGING VAR SUBSIDIE VAR HET BRABANTS CONSERVATORIUM TE TILBURG
Bij raadsbesluit van 24 oktober 1958 nr.1927 is aan het bestuur van
het Brabants Conservatorium te Tilburg tot wederopzegging, te beginnen
met het cursusjaar 1958/59 een subsidie uit de gemeentekas verleend van
100,- per jaar en per leerling uit de gemeente Standdaarbuiten, die
genoemde instelling bezoekt.
Bij schrijven van 15 novembet 1961nr.B.C.M. 1019 deelt het bestuur
van het conservatorium mede, dat bij de huidige subsidie-regeling nog een
jaarlijks exploitatietekórt is, hetwelk voor het cursusjaar 1961/62 is
geraamd op 90.000,-; alleen door de gemeenschappelijke hulp van alle
Brabantse gèmeenten zou men uit de impasse kunnen geraken; verzocht wordt
dan het subsidie dat momenteel geldt te willen omzetten in een ander be
sluit, dat gebaseerd is op
a.een subsidie van 10 h 15 cent per inwoner, waardoor de algemene basis
wordt gevormd en
b.een subsidie van 300,- per leerling, waarmede een meer rechtstreeks
verband wordt gelegd tussen het belang dat de gemeente bij het conser
vatorium heeft.
Ofschoon burgemeester en wethouders de moeilijkheden van het bestuur
van het Conservatorium niet onderschatten, menen zij toch te moeten voor
stellen, gezien de financiële positie van de gemeente, het verzoek af te
wijzen en de geldende subsidieregeling te handhaven; op een soortgelijk
verzoek van het Conservatorium in 1960 werd dit standpunt ook door
ingenomen. Het rechtstreeks belang, dat de gemeente bij het bestaan van
het Conservatorium heeft is zo miniem, dat een vast subsidie—bedrag in de
orde van grootte tussen de 230,- en 345,- per jaar naar onze mening
niet verantwoord is.
Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt zonder hoofdelijke
stemming aangenomen,
7 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT ZEKERHEIDSTELLING- ALS BEDOELD
IN ARTIKEL 7 VAN HET BESLUIT BEVORDERING EIGEN-WONINGBEZIT TEN BEHOEVE
VAN J.PNAGTZAAM
Bij schrijven van 30 november 1961 is door de heer Johs.P.Nagtzaam,
geboren 7 juni 1931, wonende Oude-Kerkstraat 15 te Standdaarbuiten, een
aanvrage gedaan om zekerheid als bedoeld in artikel 7 van het Besluit
bevordering eigen woningbezit, voor de betaling van hoofdsom en rente
van de hem door de Boerenleenbank te Standdaarbuiten te verstrekken lening
onder verband van eerste hypotheek groot 13.300,-.
Zoals U bekend, kan volgens genoemd artikel bij besluit van de ge
meenteraad deze zekerheid worden gesteld aan degenen aan wie uit 's rijks
kas een premie is toegekend krachtens het Premie-en bijdragebesluit woning
bouw mits
a.de aanvrage om zekerheid is gedaan door tussenkomst van een bemiddelend
orgaan
b.de lening niet meer bedraagt dan 90% van de netto-stichtingskosten;
c.de lening een looptijd van ten hoogste 30 jaar heeft;
d.degene aan wie de toeslag is toegekend, de leeftijd van 55 jaar nog niet
heeft bereikt.
De aanvrage voldoet aan de gestelde voorwaarden en door de Stichting
De Eigen Woning" te Eindhoven is bij schrijven van 30 november 1961 ge
adviseerd om de zekerheidsaanvrage in te willigen.
Artikel 8 van de Beschikking bevordering eigen-woningbezit houdt een
algemene toezegging van deelneming door het rijk in. Een incidentele
beschikking tot het toezeggen van deelname door het rijk blijft dus achter
wege, voortvloeiende uit de onder 1 bedoelde zekerheidstelling.
Volgens de circulaire van de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting
van 31 mei 1956 afd.woningbouw M.G.56-7 moet Uw besluit binnen 4 weken
aan de gedeputeerde staten worden medegedeeld; aangezien voor de uit
voering ervan steun uit 's rijks kas is aangevraagd, is het niet aan hun
goedkeuring onderworpen.