b.voor wat de kapitaal dienst betreft: in ontvang op f,164382,94 in uitgaaf op f.322501.28 en alzo het nadelig slot van de kapitaaldienst op f.158118>34 waarbij de wethouders geacht worden zich van medestemmen te hebben onthouden. Besluit tot re- Voorstel van Burgemeester en wethouders tot vaststelling geling exploi- Besluit tot regeling van de exploitatie van de ten name tatie van de tenvan de gemeente Standdaarbuiten onteigende gronden. De name van de ge- Voorzitter geeft hierop toelichting. Het besluit moet nog meente onteigen- aan de goedkeuring van Gedeputeerde Staten worden onder- de gronden worpen, .Het is geheel conform het model van de Wederop bouw. Hen gedeelte der 1 onteigende gronden zullen moeten worden uitgegeven, anders kost het de gemeente te veel. Dus perceelsgewijze verhuren of verpachten. De heer Smits merkt op, dat het agendapunt alleen spreekt van onteigende gronden. De stukken betreffen echter ook de opstallen. Vervolgens sluit naar zijn mening art.4 toepassing van art.176 der gemeentewet uit. De voorzitter vraagt hierop: "waarom". Er zal toch een crediet op de begroting moeten worden toegestaan, en voor het gevoerd beleid zijn burge meester en wethouders verantwoording schuldig aan de raad. De heer Smits zegt dat art.3 de beslissing omtrent her stel uitsluitend bij B. en W. legt. De Voorzitter"B.en W. moeten zorgen voor de instandhouding der gemeenteeigendom men en ook hier weer verantwoording schuldig aan de Raad". Dan wijst de heer Smits op een onjuistheid in artikel 8, 2e lid, 4e regel:"hem" moet zijn "hen", terwijl het woord "voormalige" z.i. niet juist is. Is een gooi belast met hypotheek, dan blijft de hypotheek hierop rusten. De voor zitter zegt, dat de hypotheekhouder altijd eerst aan bod is. Dan noemt artikel 9 een opzeggingstermijn van 3 maan den, "Hoe is het met een eventuele schadevergoeding na de ze 3 maanden," vraagt de heer Smits, De Voorzitter wijst erop dat er staat "tenminste" 3 maanden. Er is hier sprake van een overeenkomst. Wanneer betrokkenen bezwaren zouden hebben, zal hiermede zeer zeker rekening worden gehouden. Hierop wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel besloten. Wijziging Alg. Aan de orde is het voorstel tot vaststelling van de Politieveror- Verordening tot wijziging en aanvulling van de Algemene dening Politieverordening van de gemoente Standdaarbuiten 1933. De Voorzitter deelt mede, dat Gedeputeerde Staten hebben gevraagd nieuwe artikelen in de Politieverordening op te nemen ter voorkoming van brandgevaar en geeft hierop uit voerige toelichting. De heer Smits vestigt de aandacht op het woord "behouden" dit moet zijn "behoudens" in le lid 5e regel van het in te voegen artikel 187a en vraagt wie er bedoeld wordt met "gemeentebestuur". De Voorzitter antwoord, dat dit Burge meester en wethouders zijn, als hebbende de uitvoering. Vervolgens vraagt de heer Smits of lid 5 voldoende sterk is. DG Voorzitter acht dit wel het geval. In hoofdzaak moet bij deze verordening gedacht worden aan historische gebouwen en gebouwen van grote waarde. De heer Smits denkt hierbij nog aan een ander artikel van de politieverorde ning in verband met het plaatsen van vlasmijten. De voor zitter zegt: "We zullen daarvoor nog eens een waarschuwing in de Standdaarbuitenaar zetten en dan is het verder aan de politie om hiertegen maatregelen te nemen." Ook op het stoken van vuil valt de aandacht.

Raadsnotulen

Standdaarbuiten: 1937-1996 | 1948 | | pagina 24