de school in Standdaarbuiten-kom zal worden gevestigd. Spreker wenscht het Gemeentebestuur geluk met het bereikte resul taat, en zegt een en ander in het midden te hebben willen brengen, aangezien in het midden van den Raad wel eens uiting is gegeven aan twijfel, of de school hier in de gemeente gevestigd zou worden. De Voorzitter antwoordt, dat de school vanzelfsprekend in de kom der gemeente beter op haar plaats is als elders. Hij wijst erop, dat niet zal worden gesproken van "school* maar"vlasinstituut" alwaar op de meest uitgebreidste wijze theorie en praot^jk ieder haar deel zulle] len hebben. Verder deelt de Voorzitter mede dat ook de Provinciale Staten in dit gewest subsidie hebben toegezegd, de vlasmeester reeds is be gonnen zich in zijn taak in te werken, en dat verwacht mag worden, dat in Februari a.s. met den bouw zal kunnen worden begonnen. De Heer van de Klundert vraagt of het niet mogelijk is de tekorten waarmede het Burgerlijk Armbestuur voortdurend heeft te worstelen, weg te werken; hij is ervan overtuigd dat niet roekeloos met de geld middelen wordt omgesprongen, en dat de voortdurende finantieele moei lijkheden het werk voor het Bestuur buitengewoon onaangenaam maakt. De Voorzitter deelt hierop mede dat deze aangelegenheid de volle aandacht van B. en W. heeft, en verwaoht wordt dat bij de begrooting 1940 de noodige voorzieningen kunnen wwrden getroffen. Vervolgens wenscht ook de Heer van de Klundert een woord van dank te brengen aan het gemeentebestuur voor z^jn aandeel in het tot stand komen der Vlassohoèl.Hij spreekt de hoop uit dat de gemeente en de geheele streek er de vruchten van zal dxcgKSK mogen plukken, en er in de toekomst geschoolde jonge menschen zullen komen» De Voorzitter merkt op dat vanzijde van de Overheid wordt gedaan, wat gedaan kan worden, maar dat het overige van de vlassers zelf zal moeten komen. De Heer Mulders sluit zich bij de vorige sprekers aan, doch meent voor te ver doordrijven te moeten waarschuwen; het invoeren van turbines enz. zou tenslotte de werkloosheid kunnen doen toenemen, doordat er thuis niet meer wordt gewerkt, en alzoo de klasse van kleine huis werkers zou verdwijnen.

Raadsnotulen

Standdaarbuiten: 1937-1996 | 1939 | | pagina 6