-131-
8. Voorstel om accoord te gaan met het "totaalbeeld van de op te richten geweste-
lijke gezondheidsdienst"
De heer Joachems kan volledig instemmen met de opmerking in het voorstel dat ook
de jeugdtandverzorging eigenlijk thuis hoort in de gewestelijke gezondheidsdienst.
Voorts vraagt hij hoe het financieel geregeld wordt met de niet aangesloten ge
meenten, waarom een periodiek onderzoek van bejaarden niet wordt opgenomen in de
dienst en waarom de hart-, vaat- en kankeronderzoeken niet worden uitgebreid.
Een tweehoofdige directie acht hij niet zinnig. De noodzakelijke eenheid kan vol
gens hem dan gemakkelijk verbroken worden en er kunnen conflictsituaties ontstaan,
waar het personeel de dupe van wordt.
Hij staat voor: bij de start reeds één algemeen directeur met een adjunct-direc
teur voor personeelsaangelegenheden en organisatiewerkDe kosten voor huisvesting
in een nieuw pand vindt hij te hoog. De jaarlijkse exploitatielast bedraagt 7 ton,
hetgeen neerkomt op een bijdrage van 17 a 18 duizend gulden per jaar voor de ge
meente Wouw. Deze kosten vindt hij onverteerbaar, mede gelet op de nieuwbouw die
in Roosendaal heeft plaatsgevonden. Tenslotte acht hij het zinvol om de gehele
schoolpsychologie en de schoollogopedie onder te brengen in één dienst, in dit
geval de schoolbegeleidingsdienst, omdat een scheiding in de praktijk moeilijk
te realiseren zal zijn.
De heer Hellegers zegt dat zijn fractie waardering heeft voor het verrichte werk
om te komen tot een gewestelijke gezondheidsdienst, waarbij hij met name die
waardering uitstrekt tot de portefeuillehouder van volksgezondheidszaken.
De opmerking van burgemeester en wethouders inzake de jeugdtandverzorging juicht
hij toe. Naar zijn mening vallen de financiële consequenties voor de gemeente
Wouw tot op heden mee. Hij hoopt dat dit ook in de toekomst zo zal blijven, waar
bij hij zich afvraagt of deze hoop gerechtvaardigd is in verband met de te reali
seren nieuwbouw. De mogelijkheden voor niet aan het Streekgewest deelnemende ge
meenten om eventueel deel te nemen in de dienst acht hij juist, mits daarbij de
financiële gevolgen onder de loupe worden genomen. Het moet niet zo zijn, dat de
Streekgewestgemeenten financieel voor deze dienstverlening opdraaien.
De heer Jonkers zegt toch wel wat aanmerkingen te willen maken bij de kantteke
ningen die door burgemeester en wethouders zijn gemaakt.
Het ontbreken van de jeugdtandverzorging in het totaalbeeld vindt ook hij een
probleem. Niettemin zou hij het betreuren, dat het opnemen van de jeugdtandver
zorging vertragend zou werken op de totstandkoming van de gezondheidsdienst. De
opmerking dat de poging om de jeugdtandverzorging alsnog op te nemen, niet ver
tragend mag werken had hij graag opgenomen willen zien in het voorstel. Het ver
schil in structuur tussen beide instanties is er debet aan dat de opname op pro
blemen stuit. Niettegenstaande zal getracht worden dit alsnog te realiseren. Een
gesprek daartoe is reeds vastgelegd. De kanttekening onder b kan hij niet goed
begrijpen. Achter de opmerking in het eindrapport moet niets worden gezocht.
Elke zorgverlening aan gemeenten buiten het gewest kan alleen geschieden op ver
zoek van die gemeenten. Daarnaast is het dagelijks bestuur van het Streekgewest
verplicht de kosten door te berekenen aan de verzoekende gemeente. Op dit moment
is er zijns inziens geen sprake van dat zo iets zou kunnen gebeuren.
Bij punt c merkt hij op dat dit geen bestuurscommissie is maar een adviescommissie.
Wijziging van het woord voordracht in aanbeveling vindt hij wat ver gezocht. Van
een aanbeveling kan volgens hem altijd nog worden afgeweken. Ook een voordracht
zal gericht zijn op deskundigheid, waarbij getracht zal worden om mensen, die met
deze zaak gewerkt hebben, op de juiste plaats te krijgen.
Ten aanzien van de laatste alinea in het voorstel zegt hij dezelfde opmerkingen
te willen maken als ten aanzien van punt c. Tenslotte stelt hij dat de voordracht
van kandidaten niet impliceert dat de gewestraad niets anders kan dan deze te
benoemen. Wijst de gewestraad de kandidaten af, dan zal het dagelijks bestuur met
een nieuwe voordracht moeten komen, aldus de heer Jonkers.
De voorzitter zegt dat hij blij is dat de raad in het algemeen van mening is, dat
accoord gegaan moet worden met het totaalbeeld. Het feit, dat de overheid minder
invloed heeft op de stichting jeugdtandverzorging als op de op te richten gewes
telijke gezondheidsdienst heeft burgemeester en wethouders doen besluiten om de
kanttekening onder a in het voorstel op te nemen, niet om enige blaam te werpen
I
I
I
I