-116- Dat het lenen van kunstvoorwerpen niet voor 1981 zal kunnen geschieden is voor hem geen argument. Naar zijn mening zal de uitvoering van het voorstel van burgemeester en wethouders ook niet voor die tijd kunnen geschieden. Hij dient een voorstel in om een bedrag van 600,beschikbaar te stellen voor het lenen van kunstvoorwerpen bij de Dienst voor 's Rijks verspreide kunstvoorwerpen. Betreffende de eisen van kwaliteit stelt hij voor eind 1981 de aankoop van kunstvoorwerpen nader in overweging te nemen met in achtneming van de ervaringen met het lenen van de kunstvoorwerpen. De voorzitter zegt dat hier geen sprake is van een amendement maar van een voorstel. Daarvoor verschilt het voorstel te fundamenteel met het voorstel van burgemeester en wethouders. heer Hellegers stelt dat hij alleen het bedrag veranderd heeft en het woord aankopen veranderd heeft in lenen. De voorzitter is het daar niet mee eens. Het verlagen van het bedrag van 50.000,naar 600,is geen amendement meer. De heer Hellegers verhoogt het bedrag van 600,naar 1600,Hij stemt in met het argument van de voorzitter om er een voorstel van te maken. De heer Jonkers zegt dat zijn fractie dit voorstel zeker niet zal steunen. Hij merkt op geen tegenstander te zijn van aankleding van het gemeentehuis maar wil toch graag wat meer informatie hoe het bedrag besteed gaat worden. Het bedrag van 50.000,is niet verlaagd ondanks het feit dat het gemeen tehuis toch een stuk verder is aangekleed. Hij bestrijdt het bedrag niet, maar eist een begroting hoe de gelden besteed gaan worden, evenals dat met andere activiteiten moet gebeuren. De heer van Hasselt vraagt of hier wel sprake is van een voorstel, of dit dan niet ondersteund moet worden door een ander raadslid. De voorzitter zegt dat dit juist is. Hij vraagt of een ander lid het voor stel van de heer Hellegers wil ondersteunen. Geen enkel lid geeft te kennen dit te willen doen. De voorzitter merkt op dat er dan geen sprake is van een voorstel. Ten aanzien van de opmerkingen van de heer Jonkers stelt hijdat zowel in dit voorstel als in het vorige voorstel duidelijk is uiteengezet waarvoor de gelden besteed gaan worden. Bovendien zal de commissie Huisvesting be trokken worden bij de oriëntatie. Wethouder van Tiggelen wil graag van de tegenstanders van het voorstel weten of zij in kunnen stemmen met het initiatief van de echtgenotes van de raadsleden om een wandkleed te vervaardigen. Naar zijn mening kost dat ook geld, zodat men wanneer men tegen dit voorstel stemt, ook hiertegen stemt De heer Jonkers merkt op dat hij nooit gezegd heeft geen cent beschikbaar te willen stellen voor de aankleding van het gemeentehuis. De heer Hellegers zegt ook geen tegenstander te zijn van de aankleding van het gemeentehuis. Vandaar dat hij een alternatief voorstel heeft gedaan om kunstwerken te lenen. Wethouder van Tiggelen stelt, dat je voor 600,geen materiaal kunt kopen voor het wandkleed. De heer Hellegers zegt dat het beschikbaar stellen van een bedrag voor de aankleding niets te maken heeft met de initiatieven van de echtgenotes van de raadsleden. I I I I I 1 I I t

Raadsnotulen

Wouw: 1813-1996 | 1980 | | pagina 33