-105- Mevrouw Kemperman- de Vet is van mening, dat men de behandeling van deze zaak niet moet ophangen aan politieke strubbelingen. Naar haar mening moeten de spontane groepen geplaatst worden in het licht van de proef projecten, waarbij het niet zo belangrijk is of de eigen bijdrage nou 3,of 4,bedraagt. Het subsidiëren van kinderopvang acht zij onjuist, zowel voor kinderen ouder dan 2 jaar als voor kinderen van 0 tot 2 jaar. Subsidiëring dient naar haar mening plaats te vinden volgens landelijke normen, maar dat moet dan ook tot gevolg hebben dat er landelijke voorwaarden worden ge volgd. Slechts dan zal volgens haar het effect van een spontane groep het meest gewaarborgd worden. Daartoe zal bij subsidiëring een eisenpakket op tafel gelegd moeten worden. Zij noemt in dit verband: a. deskundige leiding dus geen vrij willigers; b. overleggen van de namen van de leiding; c. het overleggen van de namen van de deelnemers; d. het overleggen van een programma en een rooster van activiteiten; e. het regelmatig uitbrengen van verslag aan burgemeester en wethouders. De heer Hellegers zegt voor de inhoudelijke, ter zake doende argumenten te willen verwijzen naar hetgeen is gezegd in de vergadering van 19 juni j.1. In die standpunten is naar zijn mening geen wijziging gekomen. Op een ander punt wil hij echter toch enige tekst en uitleg van de heer Jonkers. In de mei-vergadering drong de heer Jonkers namelijk aan op een behandeling van het voorstel in die vergadering omdat anders de kans groot was dat het project niet meer in augustus 1980 van start zou kunnen gaan. Een uitstel van 3 weken was toen volgens de heer Jonkers onverantwoord. Deze mening kan de heer Hellegers niet rijmen met de handelwijze van de heer Jonkers in de vorige vergadering toen de stemmen staakten en de heer Jonkers zijn voorstel niet terugnam. Hij vraagt of de raad nu voor joker zit te stemmen omdat het project in augustus a.s. niet meer van start kan gaan of dat het wel mogelijk was de beslissing 3 weken of nog langer uit te stellen. De voorzitter zegt niet te willen reageren op een aantal, meer van politieke aard, zijnde zaken. Ook op de inhoudelijke argumenten, die in de vorige ver gadering naar voren zijn gebracht, wil hij niet terugkomen. Ten aanzien van de brief van de Regionale Werkgroep Open School stelt hij, dat deze bij de ingekomen stukken ter inzage heeft gelegen en dat de raad besloten heeft de brief voor kennisgeving aan te nemen. Burgemeester en wethouders hebben gemeend er geen reactie op te moeten geven, omdat er in de eerste plaats een aantal algemene opmerkingen over het open schoolwerk in worden gegeven en omdat daarnaast ingegaan wordt op opmerkingen door raadsleden gemaakt. De redactie van de brief vroeg zijns inziens ook niet om een antwoord. Met betrekking tot de materiaalkosten stelt hij dat in de brief van de Regionale Werkgroep gesproken wordt over een proefproject, terwijl het hier gaat om een spontane groep, die geen materiaalkosten in rekening gebracht heeft. Het subsidiëren van de peuterspeelzalen verdraagt daarnaast niet nog eens een subsidiëring van allerlei andere mogelijkheden tot kinder opvang Het aantal van 14 proefprojecten kan, wanneer de plannen van de Staats secretaris doorgang vinden, nog eens uitgebreid worden met 16. Een verzoek om als proefproject aangemerkt te worden kan bij de Staatssecretaris worden ingediend, teneinde een uitkering te krijgen uit 's Rijks kas. Voor een kleine gemeente als Wouw zal dit echter een moeilijke zaak zijn, wellicht zou het voor meerdere gemeenten tesamen een haalbare kaart zijn. Voor de aanpalende gemeenten is daartoe de mogelijkheid geopend. Indien Wouw in een eerder stadium in aanmerking had willen komen voor een proefproject han men dit moeten laten weten bij het Ministerie op het moment dat de 14 nu bestaande proefprojecten werden gepland. In zijn algemeenheid merkt hij op dat de kosten van een proefproject volledig ten laste komen van het Rijk, zodat de gemeente Roosendaal en Nispen hiervoor geen subsidie hoeft te verlenen. I 1

Raadsnotulen

Wouw: 1813-1996 | 1980 | | pagina 22