1
-77-
11. Voorstel om ingevolge artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening te
verklaren, dat een wijziging wordt voorbereid van het bestemmingsplan "Martel",
eerste herziening.
De heer Jonkers zegt het een goede zaak te vinden. Hij vraagt hoever het staat
met het voorstel van de Vrije Lijst inzake de voortuintjes in de Ridderstraat.
Mevrouw Kemperman-de Vet zegt eveneens blij te zijn met het voorstel. Zij
verzoekt het College op korte termijn door middel van een artikel 19-procedure
de zaak te realiseren, zodat de bewoners nog in het najaar gebruik kunnen maken
van de grond.
De voorzitter stelt, dat het de bedoeling is om een en ander te realiseren
door middel van een verkorte procedure. Een bestemmingswijziging vergt echter
enige tijd, aldus de voorzitter.
Ten aanzien van de voortuintjes in de Ridderstraat zegt hij dat het voorstel
al in de vergadering van Burgemeester en Wethouders is behandeld en dat er op
korte termijn een gesprek zal plaatsvinden met de bewoners.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad vervolgens in te stemmen met het
voorstel
12. Voorstel om ingevolge artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening te
verklaren, dat een wijziging wordt voorbereid van het bestemmingsplan "Martel".
De heer van Hasselt stelt dat de zienswijze van de belangengroepering Heerle-
Moerstraten niet is gewijzigd, inzake dit voorbereidingsbesluitIn het kader
van bezuinigingen acht hij dit voorstel onjuist. Hij geeft dan ook te kennen,
dat de belangengroepering Heerle-Moerstraten tegen zal stemmen.
De voorzitter licht nog toe dat dit voorstel nog een uitvloeisel is van het
initiatief-voorstel Joachems dat in een van de vorige vergaderingen werd
behandeld.
Wethouder Matthijssen merkt nog op dat Burgemeester en Wethouders met pijn in
het hart met dit voorstel zijn gekomen.
Vervolgens besluit de raad te verklaren dat een wijziging wordt voorbereid van
het bestemmingsplan "Martel", met de aantekening dat de heren Bogers en
van Hasselt worden geacht te hebben tegengestemd.
13. Voorstel tot het benoemen van een onderwijzer voor de nieuw te stichten
Openbare Lagere School te Wouw.
De heer Matheusen zegt namens de Vrije Lijst teleurgesteld te zijn over de
gevolgde procedure. Van de lof van enige maanden geleden is naar zijn mening
niet veel meer over. Hij proeft uit de gevolgde procedure weinig vertrouwen in
de raad. Niettemin wilt hij zich niet rancuneus opstellen en deze benoeming
niet in het politieke vlak trekken. Daar is zijns inziens deze benoeming te
belangrijk voor. Naar eer en geweten zal de fractie van de Vrije Lijst haar
stem uitbrengen, aldus de heer Matheusen.
De heer Hellegers betreurt de gang van zaken,maar heeft er wel begrip voor.
Hij mist bij het voorstel relevante informatie, die heeft geleid tot deze voor
dracht
Hij vindt dat de procedure losgezien moet worden van de voordracht. Ongenoegen
over een politieke zaak moet niet gevoerd worden over de rug van de sollicitante
Afwijking van de voordracht getuigt naar zijn mening van weinig vertrouwen in
de oudercommissie, terwijl bij de benoeming van het hoofd aan de ouders een
belangrijke stem werd toegedacht.