1
-88-
Vervolgens worden, de notulen van de vergadering van de raad van 27
september 1979 zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
Ten aanzien van de opmerkingen over de notulen van de vergadering
van 30 augustus 1979 deelt de voorzitter mede dat aan de wens van de
heer Nouws tegemoet zal worden gekomen door een tussenzinnetje in de
notulen op te nemen, terwijl de opmerkingen van de heer Jonkers op
zich zelf wel juist zijn, maar dat zij vanwege de afspraak dat de no
tulen een analytisch verslag moeten zijn van de vergadering, niet
zullen worden opgenomen.
3Mededelingen van de voorzitter
De voorzitter deelt mede, dat burgemeester en wethouders in antwoord
op een brief van het Streekarchivariaat Nassau-Brabant aan het be
stuur van dat archivariaat hebben medegedeeld, dat het pand Bergse-
straat 45 mogelijk dienst zou kunnen doen als centraal depot voor het
oud archiefmateriaal. Als deze reactie positief wordt ontvangen zal
daar in een volgende vergadering op terug worden gekomen.
Voorts verzoekt hij de raad in te stemmen met het voorstel van burge
meester en wethouders om tijdens de besprekingen met de schoolbesturen
over de onderwijsvergoedingen de heren Matheusen en Hellegers namens
de raad daarbij aanwezig te laten zijn.
De heer Nouws geeft te kennen er wel mee in te kunnen stemmen, doch
merkt op, dat het wel twee raadsleden zijn uit het kerkdorp Wouw.
Ten aanzien van de wijze van behandeling van de gemeente-begroting
deelt hij mede dat het de bedoeling is om volgende vergadering met een
voorstel te komen. Hij vraagt de raad om eventuele suggesties binnen
tien dagen in te dienen.
De voorzitter stelt dat de volgende vergadering een voorstel aan de or
de zal komen inzake het welzijnsbeleid. Naast de verordening tot instel
ling van een commissie zal dan ook de bemanning van die commissie ter
sprake komen. Hij vraagt of de raad er mee kan instemmen, dat er namens
burgemeester en wethouders een lid, namens de raad twee leden en namens
de burgerij vier leden in die commissie vertegenwoordigd zullen zijn.
De heer Jonkers geeft te kennen het met de procedure niet eens te zijn.
Hij zegt dat hij al meerdere malen heeft gepleit voor een open sollici
tatie om de vertegenwoordigers van de burgerij aan te wijzen.
De voorzitter is van mening dat daar de tijd te kort voor zal zijn.
De heer Hellegers zegt het met de heer Jonkers eens te zijn. Hij vindt
dat iedereen de kans moet krijgen om in zo'n commissie zitting te nemen.
Hij is bang, dat wanneer burgemeester en wethouders mensen gaan aanwij
zen, er velen vergeten zullen worden, die misschien toch wel interesse
hebben in het welzijnswerk.
De voorzitter benadrukt opnieuw de tijdsfactor. Daarnaast is hij van
mening, dat door de procedure er toch wel geschikte kandidaten gevonden
kunnen worden.
De heer Jonkers vreest dat dit systeem bij de bevolking wat wrevel zou
kunnen oproepen, terwijl bij een open sollicitatie dit niet het geval
zou zijn, omdat dan iedereen de kans gehad zou hebben om mee te dingen.
De heer Hellegers spreekt ook zijn ongenoegen uit over het feit, dat de
raad helemaal niet op de hoogte is van het feit waarom alles zo lang
geduurd heeft.