-61-
De voorzitter is van mening dat dit niet hetzelfde is. Het stellen van vragen is
een recht wat ieder raadslid heeft.
De heer Jonkers zegt dat het hem er alleen om te doen is de raadsleden als toe
hoorder bij de besloten commissievergaderingen aanwezig te laten zijn en dienover
eenkomstig de verordening te wijzigen.
De voorzitter is van mening dat een vergadering open of besloten is, een tussen
oplossing is er niet. Voorts vindt hij dat het niet eerlijk is ten opzichte van de
bevolking om raadsleden als toehoorder aanwezig te laten zijn, terwijl andere per
sonen dat niet mogen.
De heer.Nouws is voorstander om in besloten zitting verder te gaan omdat hij bang
is dat sommige mensen de dupe kunnen worden van een openbare behandeling.
De voorzitter stelt dat de commissie bijeen is geroepen om advies te geven over
zaken die burgemeester en wethouders aangaan, doch waarvan het College vond dat
het beter was om te zien hoe daar de in de commissie zitting hebbende raadsleden
over dachten.
De heer Jonkers dient twee voorstellen in. Op de eerste plaats het voorstel om de
raadsleden als toehoorder toe te laten bij besloten commissievergaderingen. Op de
tweede plaats het voorstel om de commissie uit te breiden tot 7 leden en wel van
elke fractie één lid.
Daarna geven 4 raadsleden te kennen het eerste voorstel van de heer Jonkers te
steunen. Aan het tweede voorstel blijken 7 leden steun te kunnen geven. Vervolgens
deelt de voorzitter mede, dat het College dit laatste voorstel dan zal overnemen
en nader uit zal werken.
11. Rondvraag
De heer Bogers informeert hoe ver het staat met de realisering van het bestemmings
plan Heerle-Zuid, gezien de behoefte aan woningbouw in Heerle.
De voorzitter zegt dat daar druk aan gewerkt wordt, doch dat nog niet bekend is
hoe lang het nog gaat duren. Vooral de grondaankopen verlopen traag.
De heer Joachems vraagt of er in Wouw plannen zijn om te komen tot openbaar onder
wijs
De voorzitter antwoordt hierop dat zich een werkgroep heeft aangediend om zulks te
onderzoeken. Een gesprek daarover heeft met deze werkgroep plaatsgevonden. Voor
het overige is er nog niets bekend, aldus de voorzitter.
De heer Joachems vraagt of de plaats van de wekelijkse markt besproken zal worden
in de Wegen- en Verkeerscommissie.
De voorzitter stelt dat dit inderdaad het geval zal zijn. De heer Joachems zegt
dat hij vernomen heeft dat er in het nieuwe winkelcentrum een aantal concurrerende
bedrijven gevestigd zullen worden, terwijl dit toch nooit de bedoeling is geweest.
De voorzitter deelt daarop mede dat dat wel was toegezegd, maar dat de gemeente er
niet zo nauw bij betrokken is om uit te maken wat er wel of niet mag komen. In de
vorm van overleg zal getracht worden die toezegging gestalte te geven.
Mevrouw Kemperman-de Vet stelt de brief aan de orde die alle raadsleden hebben
ontvangen van de bewoners van de RoosendaalsestraatNaar aanleiding van het con
tact dat zij heeft gehad met enige bewoners uit de Roosendaalsestraat geeft zij
een korte toelichting, waarna zij het verzoek om enige verbeteringen met daarbij
een lijst met handtekeningen aan de voorzitter overhandigt.
Op de tweede plaats vraagt zij of het niet mogelijk is om in de drukke kinderwij-
ken en in de uitbreidingsplannen speelwerktuigen te plaatsen voor de kleinere kin
deren, omdat zij van mening is dat daar zeer sterk behoefte aan is.
Voor de grotere jeugd verzoekt zij enige trapveldjes te creëren.