-49-
De voorzitter zegt dat het College heeft voorgesteld geen subsidie te
verlenen omdat het hier een actiegroep betreft van particulieren, terwijl
het voeren van actie dient uit te gaan van de besturen. Daarnaast is hij
van mening, dat in al de plannen nog te zeer de onderbouw ontbreekt om
over te gaan tot het voeren van actie; ook is er nog niets bekend hoe de
bestuursverhoudingen na een eventuele opdeling zullen zijn.
De heer Jonkers vindt dat de plannen niet te veel gekleineerd moeten
worden, omdat gebleken is dat sommige gemeenten wel degelijk opgedeeld
zijn. Daarnaast vindt hij het werk dat door deze stuurgroep wordt gedaan
erg belangrijk.
De voorzitter stelt dat hij aan de raad wil overlaten of er een eventueel
subsidie wordt toegekend.
Daarna besluit de raad zonder hoofdelijke stemming de Stuurgroep Brabant
Eén subsidie te verlenen van 500,met de aantekening dat de heren
Hellegers, Joachems en Matthijssen worden geacht te hebben tegengestemd.
De Jonkers vraagt ten aanzien van punt 9 van de ingekomen stukken of het
bezwaarschrift van de heren Boshouwers ter inzage heeft gelegen.
De voorzitter zegt dat dit inderdaad is gebeurd.
Mevrouw Kemperman- de Vet geeft te kennen het met de mening van het
College eens te zijn om thans nog geen wijziging in de subsidieregeling
voor de bejaardenbonden aan te brengen.
De heer Matheusen verzoekt het College er op toe te zien, dat het speel
terrein in het bestemmingsplan "Omganck"zoals dat is geprojecteerd, ook
inderdaad gerealiseerd zal worden.
Voorstel om ingevolge artikel 58 van de gemeentewet te besluiten inzake
het voorstel van de heren Nouws en Hellegers betreffende het aanschaffen
van een kleurentelevisie voor de lagere school te Wouwse Plantage
De voorzitter deelt mede dat na overleg met de inspecteur is gebleken dat
deze bij zijn standpunt blijft en dat hij desgevraagd Gedeputeerde Staten
zal adviseren een bedrag van 826,beschikbaar te stellen.
De heer Nouws geeft namens de Belangengroepering Heerle-Moerstratende
Vrije Lijst en de Contactgroep Wouwse Plantage te kennen het niet met de
mening van het College eens te zijn. Een zwart-wit televisie neemt een stuk
motivatie weg, terwijl daarnaast ook alle programma's afgestemd zijn op
kleur, aldus de heer Nouws.
Mevrouw Kemperman- de Vet zegt dat zij over deze aangelegenheid contact heeft
gehad met het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen. Uit dit contact is
gebleken dat hierover nog geen jurisprudentie bestaat. Voorts werd medege-
ndeeld dat een zwart-wit televisie het geven van goed lager onderwijs niet
schaadt, zodat medewerking voor een kleuren-televisietoestel niet wordt aan
geraden. Het kostenaspect geeft daarbij de doorslag.
Het Ministerie ziet liever, aldus mevrouw Kemperman dat het schoolbestuur
in beroep gaat dan dat het besluit op verzoek van de inspecteur aan de Kroon
ter vernietiging wordt voorgedragen, hetgeen niet denkbeeldig is.
Daarnaast merkt zij op dat medewerking voor de aanschaf van een zwart-wit
televisie niet mogelijk is omdat het schoolbestuur daar niet om gevraagd
heeft. Zij vindt het met het oog op de eventuele gevolgen zaak de formele
weg te bewandelen en derhalve het advies van de inspecteur te volgen. Zou
de raad toch zijn medewerking verlenen dan vindt zij, dat alle 4 de scholen
in het bezit moeten komen van een kleurentelevisie.
