-117- De voorzitter beantwoordt deze laatste vraag door te zeggen dat dit formeel juist is. Hij acht echter een territoriale spreiding wel in de bedoeling liggen van het voorstel. Het het voorstel van de heer Jonkers kan worden ingestemd, aldus de voor zitter. De vergoedingsregeling is hetzelfde als voor de overige commissies en bedraagt nu 65,per vergadering. In antwoord op de vragen van de heer Hellegers zegt hij bewondering te hebben voor de wijze waarop dit voorstel in een kort tijdsbestek door de afdeling sociale zaken ter tafel is gebracht. Hij blijft van mening dat er tussen de heer Hellegers en burgemeester en wethouders misverstand bestaat over hetgeen nu moet gebeuren ten aanzien van het wel zijnsbeleid. Zowel de inspraakverordening als de beleidsuitgangspunten kunnen pas geregeld worden, nadat de bevolking is gehoord. Zijns inziens is het resultaat dan ook niet mager te noemen. Met betrekking tot de openbaarheid zegt hi jdat openbaarheid geen alleenstaand gegeven is. Vooral voor verenigingsmensen kan "wel dan niet openbaar" belangrijke gevolgen hebben. Het inventarisatieschema zal inderdaad afwijken, aldus de voorzitter, en wel in die mate als door de bevolking en groeperingen gewenst wordt. Ter illustratie van hetgeen door mevrouw Kemperman-de Vet nog is opge merkt, zegt hij, dat bij alle commissies het vraagstuk van de kerkdorpen naar voren is gekomen. De heer Bogers stelt, dat, wanneer de formulering "ten hoogst 8" zou gaan luiden, de vraag van mevrouw Kemperman-de Vet niet aan de orde komt. Een betere formulering zou zijns inziens zijn "ten hoogste 8 verdeeld over de 4 kerkdorpen". De heer Jonkers is het daar niet mee eens. Hij vindt dat er het vertrouwen in de raad moet zijn om een goede verdeling te maken. De door de heer Bogers voorgestelde redactie laat echter te weinig vrijheid, aldus de heer Jonkers. Mevrouw Kemperman-de Vet zegt, dat zij niet aandringt op een expliciete opname ervan in de redactie, doch zij wil er alleen maar de nadruk op leggen dat zich moeilijkheden kunnen voordoen. De voorzitter stelt de volgende redactie voor: ten hoogste acht door de raad niet uit zijn midden gekozen leden, verdeeld over de kerkdorpen. Na enige discussie besluit de raad zonder hoofdelijke stemming de Algemene Commissieverordening te wijzigen overeenkomstig het voorstel van burgemees ter en wethouders met uitzondering van punt c, welke zal luiden als volgt: ten hoogste acht door de raad niet uit zijn midden gekozen leden, verdeeld over de kerkdorpen. Bemanning van de welzijnscommissie De voorzitter stelt voor per tweetal te gaan stemmen. De raad stemt hiermede in. De heer Jonkers zegt, dat er na de vorige vergadering en voor deze ver gadering door hem pogingen zijn gedaan om met één voorstel naar voren te komen, gesteund door alle raadsleden. Hij betreurt het, dat op een gegeven ogenblik dit voorstel geen doorgang heeft gevonden, ondanks het feit, dat de perspectieven gunstig waren. Het spijt hem dat de coalitie toch getracht heeft een eigen standpunt naar voren te brengen, hoewel er zijns inziens een redelijk voorstel op tafel lag. Gezien al deze omstandigheden vindt hij het dan ook juist een open stemming te laten plaatsvinden. De heer Luysterburg zegt nooit door de heer Jonkers benaderd te zijn over de kandidaatsstelling. De heer Matheusen trekt zich terug als kandidaat, omdat hij geen belang stelling heeft om in de commissie zitting te nemen.

Raadsnotulen

Wouw: 1813-1996 | 1979 | | pagina 122