-101-
Voorstel tot het verlenen van een jaarlijkse subsidie aan de Stichting
"In den Wouwdfluit" te Wouw.
De heer Joachems zegt grote bewondering te hebben voor het particulier
initiatief om deze concertzaal in Wouw te realiseren.
Hij kan zich derhalve geheel aansluiten bij het voorstel, hoewel hij
toch de mening is toegedaan, dat de muziek die hier gebracht wordt
meer gevarieerd zou kunnen zijn. Daarbij denkt hij met name aan een
eventuele samenwerking met de muziekschool. Zijns inziens zou dit het
aantal bezoekers zeker ten goede komen.
De heer Matheusen vindt ook, dat er getracht zal moeten worden om meer
Wouwse mensen warm te krijgen voor deze vorm van cultuur.
Door populaire concerten is dit zeker mogelijk, aldus de heer Matheusen.
In een gesprek met de heer Walraven is ook gebleken, dat hij dit in
overweging heeft genomen, temeer daar het particulier initiatief
niet draaiende moet worden gehouden met overheidsgelden.
Mede gezien het feit, dat de heer Walraven getoond heeft de jeugd
uit Wouw te betrekken bij zijn activiteiten,kan hij steun verlenen
aan het voorstel.
Mevrouw Kemperman-de Vet sluit zich bij de vorige sprekers aan.
Zij geeft ook te kennen, dat het educatieve element misschien nog een
bijzondere noot zou kunnen verdienen.
De heer Hellegers zegt het voorstel eveneens te kunnen steunen.
De voorzitter merkt op, dat het onderwerp van de Wouwse betrokkenheid
ook ter sprake is geweest in het overleg met burgemeester en wethouders
Zijns inziens doet de stichting haar best om deze betrokkenheid te
realiseren. Uit het voorstel blijkt, aldus de voorzitter, dat burgemeester
en wethouders de stichting een kans willen geven. Volgend jaar zal
dan opnieuw een beoordeling kunnen plaatsvinden.
De heer Luysterburg vraagt of er in de beoordelingscommissie ook een
lid van het gemeentebestuur zitting heeft.
De voorzitter zegt dat dit niet het geval is, omdat het een provinciale
commissie betreft. Hij zegt toe eens na te gaan of er op dit punt
mogelijkheden zijn.
Daarna besluit de raad zonder hoofdelijke stemming een subsidie te verlenen
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders.
Voorstel tot het vaststellen van nieuwe tarieven voor de reinigingsrechten
per 1 januari 1980.
De heer Bogers vraagt, waarom er nu in de kostenraming voor 1980 twee
posten voorkomen, die daar anders nooit stonden, namelijk kosten
vuilnisbelt (bulldozer) en kosten eigen vrachtauto. Hij informeert
of deze laatste post verband houdt met het feit, dat de vuilniswagen
het ophalen van het huisvuil niet meer aankan.
De heer Jonkers merkt op, dat hij al meerdere malen heeft gevraagd de
vergoeding voor de winkeliers te verhogen. Zijns inziens hoeft het geen
winstobject te zijn, maar moet de marge wel redelijk blijven.
Indien deze aanpassing nu niet meer mogelijk is, stelt hij voor deze
toch zeker volgend jaar bij te stellen.
De heer Luysterburg vraagt, wat de opbrengst is van het zelf storten
en of het geen aanbeveling verdient ook deze bedragen aan te passen.
Zijn inziens wordt hier erg veel gebruik van gemaakt.
