-104-
Als nu 2_ welputten een gunstige uitslag te zien geven dan zou voor Heerle en
Wouwse Plantage eventueel een mobiele pomp kunnen worden ingezet c.q. 2 vast-
opgestelde bovenwaterpompen.
1 set leidingen zou voldoende kunnen zijn voor alle velden.
Nauwgezette afweging van de 2 soorten pompen is dringend geboden vanwege de
voor- en nadelen van een ondergrondse dan wel bovengrondse pomp.
Onmiskenbaar zijn de x^oordelen van een ondergrondse pomp zoals grotere be
drijfszekerheid; het in goede conditie blijven van pomp en bron mits goed
onderhoud.
Bij een bovengrondse pomp ontstaan risico's van capaciteitsvermindering na een
sterke daling van de grondwaterstand, en verder do risico's van vernieling.
Een mobiele pomp heeft het voordeel van de snelle inzetbaarheid en het opslaan
en revisie na het seizoen.
Het zal duidelijk zijn, dat burgemeester en wethouders sterke voorstanders
zijn van goede en degelijke voorzieningen om 2 belangrijke redenen:
1. omdat die zeer dringend nodig zijn op plaatsen waar veel publiek komt;
2. omdat geen enkel risico mag worden gelopen dat de vereiste capaciteit niet
wordt gehaald, juist in een droogteperiode als besproeing dagenlang nodig
blijkt.
De voorzitter komt daarna terug op de positieve en waardevolle suggesties die
door de raadsleden en met name van de heer Nouws van C.70 naar voren zijn ge
komen in het gesprek en die in de uitwerking van hot plan zouden kunnen lei
den tot bezuinigingen.
Namens het College zegt hij toe, dat de navolgende suggesties serieus in over
weging zullen worden genomen;
1. bezien of volstaan zou kunnen worden met 12 sproeiers i.p.v. 24 sproeiers;
2. bezien of 2 sets van 12 sproeiers doelmatiger zijn dan één set van 24
(één set van 12 sproeiers alleen voor Wouw)
(eén set van 12 sproeiers voor Heerle en Wouwse Plantage);
3. in Wouw zoveel hydranton aanbrengen dat in principe elk veld kan worden
beregend.
Ook al kennen burgemeester en wethouders 2 gemeenten waar men uit bezuinigings
overwegingen met minder gonocgon heeft genomen en deze nu met zulke ernstige
ondercapaciteiten zitten dat men nieuwe investeringen moet doen, zullen burge
meester en wethouders de alternatieve voorstellen waaromtrent twijfels bestaan,
toch in ernstige ogenschouw nemen.
Met het crediet wordt aan de raad het vertrouwen gevraagd, dat de geplande
voorziening een goede voorziening wordt. Burgemeester en wethouders willen
daarvoor de volle verantwoording dragon. Binnen de ruimte van dit crediet
komen er goede installaties. Het is een machtigings—crediet binnen welke het
College de vrijheid moet worden gelaten. Natuurlijk zal gestreefd worden naar
zo goedkoop mogelijke maar wel kwaliteit-materialen.
Maar goedkoop mag niet leiden tot uiteindelijke duurkoop.
Wellicht leidt de intensieve studie van het object van sommige van de raads
leden, waarvoor het College de betrokken raadsleden erkentelijk is, tot ver
laging van de geraamde kosten.