- 6 -
De VOORZITTER deelt mede dat de raad de vertegenwoordiging in
commissies heeft vastgesteld. Elke fractie is in alle commis
sies vertegenwoordigd. Dit betekent dat de kleinere fracties
in feite bevoordeeld zijn ten opzichte van de grotere frac
ties. Uitgaande van het aantal zetels in verhouding tot het
aantal zetels van de PvdA zouden de fracties van RVP, WD,
CDA en VL respectievelijk met 6, 6, 4 en 2 mensen vertegen
woordigd mogen zijn per commissie. In artikel 18 van het
Reglement van Orde voor de Gemeenteraad staat"De leden
spreken vanaf hun plaats"Dit is de plaats die het raadslid
door de voorzitter is aangewezen. In de commissieverordening
staat dat raadsleden vervangen kunnen worden door andere
raadsleden van dezelfde fractie en verder staat in artikel 17
dat adviezen mondeling en tijdens de vergadering worden
gegeven. De reglementen van orde zijn heel duidelijk en
schriftelijke adviezen behoeven derhalve geen deel uit te
maken van de beraadslagingen. Het kan wel voorkomen dat
voorzitters van commissies enige soepelheid hanteren en
schriftelijke adviezen alsnog bij de beraadslagingen betrek
ken. Hij zegt toe deze zaken in het college nader te bespre
ken.
Hierna wordt de vergadering geschorst tot 20.15 uur.
Na de schorsing geeft de VOORZITTER het woord aan de heer
Marijnissen.
De heer MARIJNISSEN geeft aan dat het nog niet geheel duide
lijk is wat het college van plan is te doen met eventuele
extra middelen als gevolg van een hogere WVG-bijdrage of een
kleiner tekort dan is begroot. Hij stelt voor afwijkingen ten
opzichte van de begrote tekorten middels een voorstel aan de
raad voor te leggen. Het is aan de raad om te bepalen op
welke wijze met de positieve danwel negatieve bedragen wordt
omgegaan. Zogenaamde meevallers in dit kader moeten ten goede
komen van de gehele doelgroep.
Hij geeft verder aan dat zijn fractie niet kiest voor optie 3
collectief vervoer vanwege de open-eind-financiering en de te
verwachten hogere tekorten dan nu is begroot. Het rijksbudget
dient richtinggevend te zijn voor het gemeentelijke budget.
Hij is ook van mening dat de minimale zorgplicht moeilijk is
aan te geven. Het collectieve vervoer alleen is niet voldoen
de, er moet sprake zijn van een keuzemogelijkheid. De komende
anderhalf jaar zullen de systemen van collectief vervoer en
forfaitaire bedragen naast elkaar bestaan. Eind 1999 zal de
evaluatie volgen en kan bepaald worden op welke wijze vanaf
2 000 met de uitvoering van de WVG verder gegaan moet worden.
Het zal dan ook duidelijk zijn op welke wijze van de ver
voerssystemen gebruik gemaakt is
De heer SUIJKERBUIJK spreekt zijn tevredenheid uit over het
gewijzigde voorstel. Verder geeft hij aan dat het niet de
bedoeling is dat lukraak herkeuringen uitgevoerd moeten
worden maar de signalen met betrekking tot oneigenlijk ge
bruik van de regeling mogen zeker niet genegeerd worden. Hij
is blij met de toezegging om de indicering regionaal aan de
orde te stellen. Hij geeft aan dat afwijkingen ten aanzien
van de begrote tekorten weliswaar aan de raad kenbaar gemaakt
moeten worden maar zigzag-beleid dient te worden voorkomen.