- 59 - Ter voorbereiding van de invoering van een maximumsnelheid van 30 km/uur dient er naar gestreefd te worden de 30 km- gebieden in aantal en omvang uit te breiden. In de eerste fase kan worden volstaan met een sobere inrich ting van de 30 km-zones. Dat houdt in dat de ingangen van de 30 km-gebieden duidelijk herkenbaar worden gemaakt met borden en wegmarkeringen, of door zogenaamde inritconstructies. Bij knelpunten kunnen plateaus en drempels als extra maatregel worden aangebracht. Hierbij mag echter de realiteit niet uit het oog verloren worden. Vanwege de financiële beperkingen die ook dit beleidsterrein kent is het niet mogelijk veel op korte termijn te realise ren. Ten aanzien van het invoeren van een 30 km-zone op de door gaande routes staan wij afwijzend. In het verkeersplan Rucphen hebben deze wegen een stroomfunc tie en hierbij dient - ook volgens het Startprogramma Duur zaam Veilig - de verkeersfunctie te overheersen. Overigens is niet iedereen enthousiast over het verlagen van de toegestane snelheid in de bebouwde kom. Daar onderzoek van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid duidelijk gemaakt heeft dat driekwart van de automobilisten tegen verlaging van de toegestane snelheid in de bebouwde kom is, is de landelijke verkeersofficier van mening dat het terugbrengen van de maximumsnelheid in de bebouwde kom alleen nut heeft als met behulp van bochten en drempels harder rijden onmogelijk gemaakt wordt. De Adviesdienst Verkeer en Vervoer, een onderdeel van het ministerie van verkeer en waterstaat, is de mening toegedaan dat door de invoering van 30 km-zones de automobiliteit toeneemt en het milieu extra belast wordt.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1998 | | pagina 370