- 28 - ONDERWERP: Huisvestingswet ANTWOORD: WD/D66 Het principe van de Huisvestingswet gaat uit van de vrije vestiging. Dat wil zeggen dat in principe geen bindingseisen zouden mogen worden opgelegd. Het een en ander botst echter weer met het planologisch uitgangspunt dat groeiklasse 3 gemeenten alleen woningbouw mogen plegen ten behoeve van de opvang van eigen inwoners. Daarom overwegen wij, en dit na afstemming in het Streekgewest, om op basis van de Huisves tingswet een Huisvestingsverordening aan de raad voor te leggen waarin op regionale schaal wel bindingseisen kunnen worden opgenomen. Deze eisen zullen echter alleen van toepas sing zijn voor de zogenaamde goedkopere woningen. ONDERWERPBouwve rgunningen ANTWOORD: Ook wij zijn van mening dat de primaire verantwoordelijkheid met betrekking tot de technische voorschriften op basis van het Bouwbesluit bij de uitvoerende partij ligt. Dit wil echter niet zeggen dat er vanwege de gemeente geen behoorlij ke toetsing van deze aspecten zou behoeven plaats te vinden. In incidentele gevallen wordt door ons dan ook een beroep gedaan op een externe deskundige voor een nadere advisering. Het spreekt voor zich dat, waar mogelijk, beter tevoren kan worden bezien of een bepaald bouwplan verantwoord technisch kan worden uitgevoerd, dan dat naderhand zou moeten blijken dat verkeerde uitganspunten zijn gehanteerd. ONDERWERP: Beleidsplan Woningstichting ANTWOORD: CDA/WD/PvdA Het ligt in de bedoeling om in december 1997 het beleidsplan van de Woningstichting Rucphen te bespreken. In dit verband zullen dan mede aan de orde worden gesteld de evaluatie van het convenant dat bestaat met de woningstichting. Voorts zal daarbij worden ingegaan op het aangaan van prestatie-afspra ken waarbij dan ook het nieuwe beleidsveld "leefbaarheid", dat is toegevoegd aan de bestaande beleidsvelden, zal worden betrokken.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1998 | | pagina 339