ump Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening (hoofdfunctie 6) Aan de ene kant is het prijzenswaardig dat u uw inspanningen richt op uitkeringsgerechtigden waarvoor het moeilijk is om aansluiting te vinden op de arbeidsmarkt, aan de andere kant moeten we voorkomen dat fixatie op deze groep, tot verwaarlozing van de rest van de uitkeringstrekkers gaat leiden. Er zal een evenwichtige verdeling van de aandacht en inspanningen moeten zijn, zodat uitkeringsgerechtigden die toch een klein duwtje in de goede richting nodig hebben niet in de kou blijven staan. De wet inschakeling werkzoekenden kan een waardevol instrument zijn om langdurigwerke- lozen weer arbeidservaring te bieden. Maar ook kan de invoering van deze wet een bedreiging vormen voor mensen met een normaal betaalde baan. D66 vraagt van het college om bij de uitvoering van deze wet met name te letten op verdring ingsverschijnselen. Het mag niet zo zijn dat door te werkgestelden in het kader van deze wet anderen hun, al of niet gesubsidieerde, baan verliezen. In 1997 is door de raad besloten om de beschikbare gelden voor een proef met een zogenaam de hangplaats voor jongeren (JOP) hier niet aan te besteden, maar aan te wenden voor de aanpassing van een aantal speelgelegenheden voor de kleinere jeugd. Afgesproken werd dat de proef met de hangplaats doorgeschoven werd naar 1998. In het investeringsschema voor 1998 staat er wel een JOP genoemd, maar er is geen geld voor gereserveerd (alleen PM) en in de nota van aanbieding wordt er met geen woord over gesproken. Kan het college aangeven of het haar ernst is om deze JOP ook daadwerkelijk in 1998 te realiseren? In het kader van het preventief jeugdbeleid verzoeken wij het college er voor zorg te dragen dat de jongeren werker zich effectief kan inzetten voor contacten met jongeren. D66 hecht ook aan een actieve samenwerking van alle bij deze materie betrokken instanties. Wij verwachten van het college dat zij de vinger aan de pols houdt en zonodig regulerend op zal treden. Raadsfractie D66 afdeling Rucphen A F O. AUC P H E N OfI0CI1TEI

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1998 | | pagina 205