- 5 -
De heer SPRENKELS zegt dat de door hem genoemde punten in het
rapport staan vermeld. Hieruit blijkt duidelijk dat o.a. de
samenwerking niet goed is.
De heer ANTONISSEN pleit nogmaals voor een meer resultaatge
richte aanpak.
Wethouder SCHIJVEN benadrukt dat in het rapport te lezen is
dat de samenwerking beter zou kunnen. Dit houdt echter niet
in dat de samenwerking slecht is. Verder zegt hij toe er
persoonlijk op toe te zien dat de afstemming tussen de be
trokken instanties zal worden verbeterd.
Hierna gaat de raad akkoord met het voorstel.
8. Advies Regio- Voorstel tot het instemmen met het Advies Hoofdlijnen Regio-
naal Indica- naai Indicatieorgaan Westelijk Noord-Brabant
tieorgaan
De heer ERMEN constateert in dit voorstel de meerwaarde van
gewestelijke samenwerking en hij vraagt of de vertegenwoordi
gers van de gemeenten in de raad van beheer afkomstig dienen
te zijn uit de centrumgemeenten omdat op bladzijde 4 verwoord
staat dat de mogelijkheid bestaat dat over de bestuurlijke
samenwerking nadere beraadslaging zal moeten plaatsvinden.
Verder betwijfelt hij of de WVG-indicering per de genoemde
datum in zal kunnen gaan.
De heer VAN MIERT vraagt zich af of de financiering van het
Indicatieorgaan budgettair neutraal zal kunnen verlopen. Het
gerucht doet de ronde dat de uitvoeringskosten veel hoger
zijn dan geraamd.
De heer THIJSSE hoopt dat de raad van beheer een wisselende
samenstelling krijgt. Verder vraagt hij naar het budgettair
neutrale karakter van de regeling.
Wethouder SCHIJVEN benadrukt dat het weliswaar gaat om de
gemeenten uit het Streekgewest maar dat het geen gewestelijke
regeling is. Een gemeenschappelijk indicatieorgaan heeft nu
eenmaal meer bestaansmogelijkheden dat een indicatieorgaan
van een kleinere gemeente. Bij de samenstelling van de raad
van beheer moet nog gesproken worden over de vertegenwoordi
ging van de zorgverzekeraars. Het is nog een discussiepunt of
zij één of twee vertegenwoordigers mogen leveren. De gemeen
telijke vertegenwoordigers behoeven niet persé uit de cen
trumgemeenten te komen. Omtrent de wisseling van de vertegen
woordigers zijn nog geen gegevens bekend. Getracht wordt om
de indicering voor de WVG al in 1998 te realiseren. Verder
deelt hij mede dat in het portefeuillehoudersoverleg is
afgesproken dat de regeling budgettair neutraal zal verlopen.
De heer VAN MIERT zegt dat het om een hardnekkig gerucht gaat
en hij hoopt dat men in dezen alert zal zijn.
Wethouder SCHIJVEN zegt dit toe waarna de raad akkoord gaat
met het voorstel.