- 8 - 13. Weigeren be- Voorstel om niet over te gaan tot een bestemmingsplanherzie- stemmings- nine voor het perceel kadastraal bekend gemeente Rucnhen. planherzie- sectie M nr. 980. aan de Bremstraat 6 te StWillebrord ning Brem straat De raad gaat akkoord met het voorstel. IA. Vaststelling Voorstel tot vaststelling van het bestemmingsplan "le bestemmings- partiële herziening bestemmingsplan Bebouwde Kom Sprundel" plan Bebouwde Kom Sprundel De raad gaat akkoord met het voorstel. 15. Vaststelling bestemmings plan Bedrij venterrein Nijverhei Voorstel tot vaststelling van het bestemminpsplari "Bedrijventerrein Niiverhei" De heer VAN MIERT vraagt naar de bekostiging en planning voor het doortrekken van de Lange Hei. Verder vraagt hij of de grondeigenaren al op de hoogte zijn van deze plannen. De heer THIJSSE handhaaft zijn bezwaren ten aanzien van de gronden van de heer Sanderink zoals hij deze heeft verwoord tijdens de commissievergadering. De VOORZITTER neemt kennis van het standpunt van de heer Thijsse. De aanleg van de geplande weg, de doortrekking van de Lange Hei, is niet zeker. Dit zal afhankelijk zijn van de te voeren onderhandelingen met de grondeigenaren. Een gewij zigd tracé zou ook tot de mogelijkheden kunnen behoren. De bekostiging is mogelijk via bouwcomplex 27, het oude indus trieterrein waarvoor nog middelen aanwezig zijn. De heer VAN MIERT wijst erop dat de weg, die wellicht niet zal worden aangelegd, wel in het bestemmingsplan is opgenomen en mogelijk belemmeringen op zal leveren voor bedrijven die ter plaatse willen uitbreiden. De heer MARIJNISSEN vraagt of met het vaststellen van het bestemmingsplan ook het wegtracé wordt vastgelegd. De VOORZITTER deelt mede dat met de vaststelling van het bestemmingsplan ook het wegtracé is vastgelegd. Indien de onderhandelingen met de grondeigenaren niet positief uitval len dan dient door middel van een bestemmingsplanwijziging het wegtracé gewijzigd te worden. Dit is de gebruikelijke gang van zaken. De heer MARIJNISSEN vraagt om de onderhandelingen te bespoe digen en zo nodig op korte termijn een wijziging van het bestemmingsplan aan de raad voor te leggen. De onzekerheid omtrent de aan te leggen weg kan belemmeringen opleveren voor de bereikbaarheid van nog te vestigen bedrijven. De VOORZITTER deelt mede dat de huidige bereikbaarheid van het bedrijventerrein redelijk is gewaarborgd. Het levert geen problemen op bij de vestiging van bedrijven en bovendien zijn hierover geen opmerkingen gemaakt bij de ter-inzage-legging. Het aanhouden van het bestemmingsplan is een slechte zaak en zou de bedrijfsvestiging ter plaatse onnodig vertragen. Zodra meer duidelijkheid gegeven kan worden over de aankooponder handelingen, zal de raad worden ingelicht.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1997 | | pagina 39