- 8 -
ook verwoord wordt, vloeit rechtstreeks voort uit het be
staande streekplanbeleidIndien dat beleid gaande de rit
wijzigingen ondergaat, dan bestaat de mogelijkheid en het
voornemen om dat nieuwe beleid in het plan buitengebied op te
nemen.
Voor normaal onderhoud zal nooit een aanlegvergunning vereist
worden. In het bestemmingsplan worden namelijk concrete
werkzaamheden genoemd waarvoor een aanlegvergunning nodig is.
Wanneer de aanlegvergunning wordt aangevraagd, volgt een
afweging van de waarden, die in zijn algemeenheid onmisken
baar aanwezig zijn. Op bestemmingsplanniveau is het de bedoe
ling dat geen onderscheid meer wordt gemaakt in de groene
hoofdstructuur. De oude methodiek zal weer op deze gebieden
worden toegepast. Dat is het resultaat tussen de bespreking
van het NCB en de provincie. We hebben in de paraplunota heel
nadrukkelijk het instrument van de incidentele planherziening
genoemd om in bijzondere gevallen verplaatsing of nieuwe
vestiging van een bedrijf mogelijk te maken. Het uitgangspunt
"nieuw groen is vrij groen", zal worden uitgewerkt in het
bestemmingsplan. In zijn algemeenheid speelt een aantal
onmiskenbare aanwezige waarden. Wanneer een vergunning of
vrijstelling wordt gevraagd, worden die waarden concreet en
zeker niet willekeurig gewogen, zonodig na advies van deskun
digen. Het is echter ondoenlijk om alle mogelijke waarden bij
elke zaak af te wegen.
Men zal voor peilen, sloten en watergangen terecht kunnen bij
het waterschap. Uitgangspunt is dat er geen dubbele regelge
ving komt.
Men heeft ervoor gepleit om ook iets te doen met de vrijko
mende agrarische gebouwen. Wij hebben daarover reeds gespro
ken met de provincie en het is de bedoeling om een lijst
samen te stellen van geschikte bedrijvigheid om zo verpaupe
ring en leegstand te voorkomen. Deze lijst moet in het be
stemmingsplan buitengebied opgenomen worden. We moeten echter
voorkomen dat er in het buitengebied een nieuw soort bedrij
venterrein ontstaat. Verpaupering en leegstand leidt evenwel
ook tot niets.
De heer BROUWERS: Wij zijn tevreden met de visie van het
college met betrekking tot recreatie en toerisme in het
gebied. Wij zijn nooit van plan geweest om nieuwe campings te
creëren in ons buitengebied en zeker niet in de stiltege-
bieden. Wij hebben gepleit voor uitbreiding van die bedrijven
die het economisch misschien in de toekomst wat moeilijker
zullen krijgen.
De heer ERMEN vraagt of er gebruik kan worden gemaakt van een
korte pauze.
Hierna schorst de VOORZITTER de vergadering.
Na heropening van de vergadering geeft de VOORZITTER het
woord aan de heer ERMEN: Uw college heeft heel duidelijk de
intenties verwoord van hetgeen de fracties ook naar voren
hebben gebracht. Wij hebben geen enkel probleem met de hoofd
lijnen van de paraplunota. Het gaat er ons in essentie om dat
de paraplunota niet het enige toesingskader is voor het nog
te ontwerpen bestemmingsplan. Als het college toezegt dat de
aandachtspunten zoals die door ons naar voren zijn gebracht