- 2 - 4. Verbouw De Vaart Voorstel tot het beschikbaar stellen van een bijdrage a fonds perdu van f 554.466.voor de verbouw en uitbreiding van gemeenschapshuis de Vaart te Rucphen (30e wijziging 1996) De heer SPRENKELS zegt akkoord te gaan met het voorstel omdat het geven van goed en veilig gymnastiekonderwijs hoge priori teit heeft. Het is belangrijk dat een goede gymaccommodatie beschikbaar is. Zijn fractie is echter van mening dat in Rucphen twee goede alternatieven aanwezig zijn: de sportzaal van de Vijfsprong en de gymzaal van het AlbertscollegeHij dringt bij het college erop aan om de schoolbesturen hiervan de overtuigen. De heer THIJSSE vraagt of de meerkosten voor rekening van Stichting de Vaart of voor rekening van de gemeente komen. Wethouder SCHIJVEN zegt dat getracht is de scholen gebruik te laten maken van de genoemde gymnastiekaccommodaties in het dorp Rucphen. De schoolbesturen hebben echter gekozen voor een eigen voorziening en wij hebben die keuze overgenomen. Hij deelt mede dat alle meerkosten voor rekening van de Vaart komen. Hierna gaat de raad akkoord met het voorstel. 5. Paraplunota Buiten- Voorstel tot vaststelling van de Paraplunota Buitengebied. gebied De heer BROUWERS: De Paraplunota Buitengebied is een beleids visie t.a.v. het buitengebied. De hoofdlijnen van het beleid zullen dienen als uitgangspunt bij het vaststellen van de individuele bestemmingsplannen van zowel de gemeente Hoeven, Oudenbosch en Rucphen. De paraplunota heeft geen wettelijke status in de zin van de wet Ruimtelijke Ordening, zodat iedere gemeente apart een nieuw bestemmingsplan buitengebied kan opstellen zonder zeggenschap van andere gemeenten. Wij aanvaarden de nota als beleidsstuk wanneer er voor bepaalde onderdelen het nodige voorbehoud wordt gemaakt. Wij zijn het eens met de Kamer van Koophandel dat de nota vooral beperkin gen oplegt aan de sector recreatie en toerisme. Niet-agrari- sche bedrijven dienen een positieve bestemming te krijgen indien rechten zijn opgebouwd. Ook dienen voor deze bedrijven uitbreidingen met 10 tot 15 procent mogelijk te zijn tenzij hiertegen overwegende bezwaren bestaan. Verder verwachten wij dat de plaatselijke belangenorganisaties zoveel mogelijk betrokken zullen worden bij het opstellen van het bestem mingsplan buitengebied. De heer ERMEN: Wij gaan in grote lijnen akkoord met de para plunota. Wel hebben wij nog een aantal essentiële opmerkingen die uitdrukkelijk betrokken moeten worden bij het opstellen van een nieuw bestemmingsplan buitengebied. De paraplunota zal als toetsingskader dienen bij het opstellen van het bestemmingsplan. Vandaar dat wij onze opmerkingen nog eens nadrukkelijk willen benoemen.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1996 | | pagina 11