HOOFDFUNCTIE 0: ALGEMEEN BESTUUR
Communicatie
Bestuur en communicatie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Communicatie
tussen raad, burgers, maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven is de basis
voor een goed en geaccepteerd gemeentelijk beleid.
Het beleid van de gemeente dient dan ook duidelijk aan de burgers,
maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven te worden overgebracht, zodat zij
hierop kunnen anticiperen en eventueel hun plannen op kunnen afstemmen.
Relatie bestuur - burgers - maatschappelijke organisaties
De gemeente zal haar burgers, maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven
door middel van het gemeentelijk voorlichtingsbeleid continu moeten informeren
over gemeentelijke activiteiten die van invloed zijn op het woon-, leef- en
werkklimaat van burgers en bedrijfsleven.
In het kader van uitvoering van het voorlichtingsbeleid en het afleggen van
bestuurlijke verantwoordelijkheid is De Vrije Lijst, evenals voorgaande jaren,
voorstander van:
periodiek overleg tussen de gemeente en (lokale) ondernemersorganisaties.
Dit is van het grootste belang en hoort o.i. vanzelfsprekend te zijn.
een doelmatige en doelgerichte vergunningenverlening voor het
plaatselijke bedrijfsleven.
dat vergunningen op het terrein van ruimtelijke ordening,
bouwvoorschriften, milieu en welstand gelijktijdig en in onderlinge
samenhang worden verleend.
dat ondernemingen zich kunnen wenden tot een gemeentelijke
bedrijfscontactman of -vrouw (één loketfunctie) voor alle zaken die voor
hen van belang zijn.
het nadrukkelijk betrekken van diverse maatschappelijke organisaties,
zoals de Stichting voor Sociaal Cultureel Werk (SKW), Stichting
Maatschappelijke Dienstverlening Rucphen, Stichting Platform
Gehandicapten Beleid Rucphen, Welzijngroep Rucphen etc. bij de
voorbereiding en uitvoering van de voor hun relevante onderdelen van het
gemeentelijk beleid.
Spreekrecht/ Kernspraakavonden
Om de betrokkenheid van de burger te vergroten is De Vrije Lijst er nog steeds
voorstander van dat de burger ook in 1996 spreekrecht krijgt tijdens de diverse
commissie-vergaderingen; dit uiteraard met uitzondering van de commissie Sociale
Zaken i.v.m. de privacy van de burger.
Het is echter o.i. jammer te moeten constateren dat er door de burger van dit
recht weinig gebruik gemaakt wordt, maar niettemin vragen wij of het College
bereid is de ingeslagen weg van publikatie en voorlichting te blijven volgen.
Hierbij nauw aansluitend vinden wij het een goede zaak dat het College gestart is
met het houden van kernspraakavonden in de dorpen van onze gemeente. Wij
wachten met bijzondere belangstelling af in hoeverre de bevolking daadwerkelijk
Oktober L995 Algemene Beschouwingen 1996