- 3 - De heer MARIJNISSEN vraagt zich af of de heren Sprenkels en Thijsse de situatie ter plaatse kennen. De houtwal staat namelijk midden op het perceel. Het ligt bovendien aan de ruilverkaveling dat deze ongewenste situatie is ontstaan. VOORZITTER: Op 26 april 1994 is de raad unaniem akkoord gegaan met het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het betreffende perceel waarbij van herplantplicht in het geheel geen sprake was. Aangezien de provincie destijds niet instem de met kassenbouw ter plaatse is nu een andere situatie ontstaan. Het is echter uw goed recht om van mening te veran deren. Wij zullen niet toestaan dat reeds met de kapwerkzaam- heden wordt begonnen voordat een verklaring van geen bezwaar is verkregen. Verder zullen wij toezien op de naleving van de herplantplicht De heer THIJSSE wijst er op dat het economische belang bij het plaatsen van kassen zwaarder weegt dan hetgeen nu het geval is. Het duurt bovendien minimaal 25 jaar voordat de houtwal weer dezelfde afmetingen heeft. De heer SPRENKELS is ook van mening dat nu sprake is van een geheel andere situatie. Bovendien had hij toen het vertrouwen dat de provincie de plannen zou afkeuren. Verder zegt hij de situatie ter plaatse zeer goed te kennen. De VOORZITTER deelt mede dat het beter is om zelf voor je mening uit te komen dan af te wachten totdat in dit geval de provincie een afwijkende beslissing neemt. Hierna gaat de raad akkoord met het voorstel met uitzondering van de fracties van Pvda en D'66. 8. Voorbereidingsbe sluit Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor een aantal percelen in de gemeente Rucphen De raad gaat akkoord met het voorstel. 9. Vaststelling marktverordening Voorstel inzake: avaststelling marktverordening: b. De verordening regelende instelling, taak, samenstelling en werkwijze van de marktcommissie De raad gaat akkoord met het voorstel. 10. Wijziging rege ling HNG Voorstel tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Hypotheekfonds Noordbrabantse Gemeenten De raad gaat akkoord met het voorstel. 11. Aankoop grond Gagelrij zen-Oost Voorstel tot: - aankoop grond van de heer N.W. Mol ten behoeve van de realisatie "de Gagelriizen-Oost" - vaststelling 84e begrotingswijziging van de Algemene Dienst en de 6e begrotingswijziging van het Grondbedrijf De heer THIJSSE is van mening dat het gebruik van de grond na 1996 verrekend zou moeten worden en hij dringt er verder op aan om de betreffende grond in 1996 daadwerkelijk in gebruik te nemen.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1995 | | pagina 53