- 25 - aantal afspraken gemaakt waarbij de tijdsplanning als volgt is. De onderzoekfase zal voor 1 maart 1996 gereed zijn. De saneringsvariant moet gereed zijn voor 1 juli 1996 en hierna start de procedure die uiterlijk 31 december 1997 afgerond moet zijn. Dan worden de saneringsmaatregelen genomen. Het bestemmingsplan Irenestraat/Emmastraat is in het werkschema opgenomen. Wij zijn in afwachting van de resultaten van de begeleidingsgroep zodat wij zo snel mogelijk hierop kunnen inspelen en tijdig aan de slag kunnen. Wij hebben de mogelijkheid van koopwoningen bij het steunpunt besproken met de Woningstichting en daar zitten toch een aantal knelpunten aan die moeilijk op te lossen zijn. De kosten die gemaakt moeten worden voor het steunpunt worden bij de huurwoningen in de huur doorberekend. Bij koopwoningen kan dat natuurlijk niet. Op de tweede plaats krijg je een be heersprobleem. En in de derde plaats is het onzeker of deze woningen beschikbaar blijven voor ouderen. Wij zijn het er allemaal over eens dat er een complex moet komen van senio renwoningen en met name koopwoningen. Maar wij moeten dat op een andere plaats zien te realiseren. Wij zullen zeker aan dacht besteden aan de problematiek want er is een markt voor. Wij zullen begin 1996 een overzicht geven van de richtgetal len en de bouwplannen. Dat overzicht zal worden voorgelegd aan de commissie bestuurlijke zaken en zal zo nodig worden besproken. In de APV staan een aantal regels i.v.m. overlast van honden. Dit heeft alles te maken met controle. Meer politie op straat kan natuurlijk ook in het kader van de honden zijn. Maar er zijn natuurlijk een aantal grotere prioriteiten. We moeten dan meer politieagenten hebben waarvan het rijk de kosten op zich zou moeten nemen. Ik ben wel bereid om met de teamchef nog eens nadrukkelijk voor de problematiek van de overlast van honden en de controle hierop te spreken. Wij hechten nog steeds heel veel waarde aan het milieu maar wij maken ons ernstig zorgen over de kosten die de milieu maatregelen met zich meebrengen voor de burger. Het is niet zo dat wij vinden dat het met de draagkracht van onze burgers wel meevalt. We hebben steeds gezegd dat wij een goedkope gemeente zijn en ook mensen met een minimuminkomen zijn hier dan ook iets beter af dan in een duurdere gemeente. Maar het gaat hierbij niet alleen over de gemeentelijke hef fingen. Ik noem de lasten van de waterschappen, de voorgeno men heffing op gas, licht en water e.d. De CDA-fractie bepleit soepelheid bij de inspraaktermijnen, met name in de vakantietijd. Ik wijs erop dat wij bijvoor beeld in St.Willebrord twee keer hebben gepubliceerd dat er inspraakmogelijkheden waren. We hebben juist vanwege de vakantietijd i.p.v. vier weken acht weken de tijd gegeven. Ook bij artikel 19-procedures hebben wij de gewoonte om de termijn in de vakantie te verlengen met twee weken. De soe pelheid bij inspraaktermijnen passen wij al zo veel mogelijk toe. Dit blijven wij ook doen.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1995 | | pagina 231