-10- in onze gemeente en in 1982 de eerste vrouwelijke wethouder in West-Brabant. Nu zijn er in West-Brabant veel meer vrouwe lijke wethouders, maar in Rucphen zijn er met uw vertrek geen dames meer in de raad. Ik hoop dat u niet nog een record vestigt, namelijk het laatste vrouwelijke raadslid. U heeft in de gemeenteraad steeds gestaan voor de zwakkeren in onze samenleving. Die konden steeds op uw steun rekenen. Daarnaast probeerde u steeds de mensen te interesseren voor de poli tiek. U wilde dat de mensen opkwamen voor hun eigen belangen. Uw werk bij de KVO onderstreept dat. De kleine kernen, de leefbaarheid daar, hadden uw grote aandacht. Maar niet uit sluitend. In de afgelopen periode maakte u deel uit van de commissie openbare werken en milieu. Toch vooral eigenlijk een mannenwereld. Ook daar werd naar u geluisterd. Mevrouw Van Meel, dank voor al uw werk en uw jarenlange inzet. Ik sluit niet uit dat wij u nog eens terugzien als raadslid want u kwam al twee maal terug en alle goede dingen bestaan uit drieën of driemaal is scheepsrecht. (Hierna overhandigt de VOORZITTER de cadeaus Dan kom ik aan de nestor. 37 Jaar maakt de heer Vroegrijk deel uit van de Rucphense raad, namelijk van 1949 tot 1958 en van 1966 tot 1994. Hij is al die jaren beschouwd als de vertegenwoordiger van Zegge. Zo vatte hij zijn taak ook zelf op. Zijn fraktie, die tijdenlang twee zetels bezette, stond bekend als de Zegse lijst, in een later stadium werd dat lijst Vroegrijk. Met grote vastberadenheid vertegenwoordigde hij de Zegse belangen in de raad. Dat was wat zijn kiezers ook van hem verwachtten. Een van de problemen van Zegge is het huidige groeiklassebeleid, waardoor te weinig ontwikke lingskansen geboden worden en dat leidt weer tot vergrijzing, dalend voorzieningenniveau, tanend verenigingsleven. De heer Vroegrijk heeft al vroeg tegen deze ontwikkelingen gewaar schuwd en om maatregelen gevraagd om te voorkomen dat zijn dorp in de versukkeling zou raken. Zijn woorden zijn in ieder geval voor een deel niet aan dovemansoren gesproken. Bij het afscheid van de heer Vroegrijk, in zijn nadagen als volksver tegenwoordiger, mag hij getuige zijn van de algehele herin richting die de kom van Zegge ondergaat in het kader van de gemeentelijke dorpsherinrichtingsplannen. Voorts valt nog te memoreren dat hij korte tijd, maar op bekwame wijze, als wethouder fungeerde. Het betrof een invalbeurt, waarvoor hij bij raadsbesluit van 24 februari 1970 benoemd werd. Hij bleef in functie tot een nieuw college aantrad. Als hij als nestor optreedt valt steeds de zorg op waarmee hij zich op deze taak voorbereidde. Slechts zelden heeft hij bij een raads- of commissievergadering verstek laten gaan. Zijn inzet was dus erg groot, evenals zijn betrokkenheid. Met het oog op zijn naderend afscheid zocht hij voor de huidige zittingsperiode aansluiting bij de fraktie van de RVP. Hij werd toen - om in wielertermen uit te drukken, die bij deze fraktie goed bekend zijn - wat uit de wind gehouden en dat mag zeker voor iemand die zo lange tijd deel uitmaakte van de gemeenteraad.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1994 | | pagina 28